dinsdag 30 december 2014

Uiteinde

Met haar fraaie billenpartij in een witte skibroek staat mijn vriendin aan het fornuis. Ze blijft me verbazen. Na aankomst bij ons appartementje trok ik niet alleen koffers met warme truien en snowboots uit de kofferbak, ik vond er ook een complete EHBO-doos, een gourmetset, naaigerei, een fles Baileys en een grote pan met flessen zonnebloemolie, krenten en twee pakken oliebollenbeslag.
"Om acht uur moet Barney darten," zegt ze, nadat ze met de behendigheid van Jamie Oliver drie oliebollen op de rug heeft gelegd in de gloeiend hete pan. Gehaast zoeken de jongens met de afstandsbediening naar Sport 1, maar de zender waarop Mighty Mike gisterenavond gehakt maakte van zijn tegenstander, laat nu een voetbalveld zien en Real Madrid en AC Milan maken zich gereed voor de aftrap. De jongens kijken elkaar aan alsof ze bij de FEBO een goulashkroket bestellen, maar een entrecote met pepersaus in het bakje vinden. 
Terwijl een nieuwe schaal oliebollen op tafel komt, scannen we de opstellingen. Alle sterren doen mee en het wordt al snel een doelpuntrijk potje, maar de wedstrijd verwarmt alleen de vele sjeiks op de tribune en jongste naast me op de bank.
"Gaaf, pap, Real tegen Milaan kijken op vakantie," juicht ie. In zijn ogen is een oefenwedstrijd in het verre Dubai voor de sponsor, precies hetzelfde als een Champions-Leaguefinale.
Niet veel later volgt het toetje als Van Barneveld alsnog door een blondine met ferm opgebonden borsten naar het WK-dartspodium wordt geleid. Barney speelt als Manchester United tegen Bayern München. Hij bakt er niets van, maar maakt in de laatste minuut wel de winnende goal. Zijn onverwachte zege wordt echter verpest door 87 oliebollen in onze magen die als dronken zeelui in het onderruim wanhopig naar de uitgang zoeken. 
En dan moet oudjaarsdag nog beginnen. 

maandag 29 december 2014

Tiefschnee

Het appartement in Oostenrijk heeft een klein televisietoestelletje. Nadat oudste zich over de afstandsbediening heeft ontfermt, haalt hij aan het einde van een lange rij Duitstalige zenders ook Nederland 1 en 2 tevoorschijn. Vaag beeld, dat bij toverslag verbetert als er iemand als een menselijke mast naast het toestelletje gaat staan. 
We schakelen in op zondagavond net voor zeven uur: Studio Sport. Bij gebrek aan competitievoetbal eind december, kijkt Henry Schut terug op het WK van Brazilië. Hugo Borst en teckel Messi zijn er ook weer. De jongens nestelen zich op de tweezitter en gaan er eens goed voor zitten. Ik offer me op en ga naast het toestelletje staan.
Ze vinden het erg grappig, hun vader als een kerstboom naast de televisie, die de openingswedstrijd tegen Spanje toont. De eerste skidag gloeit na op hun wangen. Oudste pakte elke piste in de houdgreep als een judoka met zwarte band, jongste had meer moeite. Het bewolkte weer beperkte zijn zicht zodanig dat hij recht in een sneeuwrand skiede. Met een boogje dook ie in de tiefschnee, zijn ski's vonden we een klein kwartiertje later.
"Je rechterhand iets hoger, pap!" kraait jongste nu.
Mijn verhoogde arm herstelt het beeld, net op het moment dat Blind zijn voorzet in het strafschopgebied zwiept. Voor de zoveelste keer zien we hoe Van Persie zijn hoofd tegen de bal zet, waarna hij met een boogje in het gras belandt.
"Kijk! Precies zoals jij vanmiddag!" zeg oudste tegen zijn broer, terwijl hij naar het beeldscherm wijst. Meteen kruipt de schrik terug op het gezicht van jongste, alsof hij zijn kille zweefduik herbeleeft. Voor een moment kijken ze exact hetzelfde, jongste op de tweezitsbank en Casillas, de doelman van Spanje, die op tv angstig de bal over zich heen ziet zeilen.

maandag 22 december 2014

Topjaar

Met zijn vieren zaten we rond de kerstversieringen. Oudste hing boven een sfeertekening met arrenslee en een rendier dat in de verte iets van Rudolf had, jongste keek met zijn moeder naar een film van Mees Kees.
"Vond jij het een goed jaar, pap?" vroeg oudste.
Ik dacht na over 2014. Op vele plekken stond de wereld in brand, maar in de huiskamer, met het gezin bij de warme kachel, ging het eigenlijk hartstikke goed. Klein geluk kriebelde aan onze voeten.
"Volgens mij wel, jongen. Een uitstekend jaar. Wat vond jij ervan?"
Oudste stopte even met kleuren en krabde met zijn potlood aan zijn kin. 
"Leuk! Het stekelvarken dat we op vakantie zagen vond ik nog het leukste. En gitaarles! Wel jammer dat het konijn dood is gegaan."
Jongste hing half op de schoot van zijn moeder. Op tv liep de aftiteling. Mees Kees had alles weer tot een goed einde gebracht.
"Mam, vertel nog eens over Bruma en die andere PSV'ers," zei jongste.
Mijn vriendin zuchtte een keer diep en begon voor de achtste keer aan het verhaal dat ze op het werk in de receptiehal enkele spelers van PSV had zien staan. Ze is niet zo goed in voetbalnamen en pas na een uur foto's zoeken op Google was Bruma de enige die boven water kwam, maar jongste vond het een topverhaal.
Met beide armen vleide hij zich warm om de middel van zijn moeder die hem hielp met douchen en aankleden, hem (net als oudste) zes, zeven keer per dag knuffelde en 's avonds toestopte, bordspelletjes met hem deed, op school meehielp, hem aanmoedigde bij de F'jes, zijn lievelingskostje kookte. En die nu ook nog op het werk zomaar PSV'ers tegen het lijf liep.
Ja, ook voor jongste was het een prima jaar.

Mede namens oudste, jongste en hun moeder wens ik iedereen fijne feestdagen en een voorspoedig 2015!

woensdag 17 december 2014

Fallrückzieher

De jongens bedachten een nieuw spel. Op de inrit zetten ze een mini-goal neer en de trampoline werd een eindje opgeschoven. Het was de bedoeling om vanaf de trampoline met een omhaal, over de tuinmuur, op de inrit doel te treffen. Ze tuimelden dat het een lieve lust was, oudste en jongste.
"Pap, wil jij het ook eens proberen," vroeg oudste uitdagend.
Hoe moeilijk kon het zijn?
In mijn hoofd gingen luikjes open met beelden van Klaus Fischer die in de Sportschau achterovervallend voor Schalke scoorde, de bicycle kick van Alexi Lalas, Van Basten tegen FC Den Bosch. Met een kwiek sprongetje stond ik op de trampoline, veerde een paar keer en begon aan mijn ruimtereis. Op het hoogste punt, perfect in vleermuispositie, trof ik vól de opgeworpen bal. Twee paar kinderogen volgden geconcentreerd de baan van mijn schot, dat niet in het goaltje, maar op het platte dak van de buren twee huizen verderop eindigde.
Dat was niet helemaal de bedoeling.
"Eh, ja,... de jongens hebben de bal op je dak geschoten," zei ik laf toen ik er een minuutje later aanbeldde. Een ladder uit de schuurtje bracht uitkomst. 
Met de bal weer in mijn handen excuseerde ik me nogmaals, maar de buurman maakte er niet zo'n punt van.
"Ach, zo zijn ze, hè, ... die kleine jongens..." De ironie in zijn stem liet aan duidelijkheid niets te wensen over. Hij had me door.

maandag 15 december 2014

Zondagmiddagmarathon

Een zondagmiddag staat hier doorgaans in het teken van een boswandeling of een gezinspotje Triviant junior, maar nu mijn vriendin plichtmatig haar zondagsdienst vervulde en oudste een oefenmiddag met zijn dansgroep op de agenda had staan, wisten we er wel raad mee.
"Lekker hè," zei ik tegen jongste.
Met een gebakken eitje op schoot keken we naar de wedstrijd van Ajax die om half één op Fox Sports begon. De rest van de middag zou de competitiewedstrijd van PSV brengen, waarna de avond met Feyenoord vanuit de Kuip zou starten. Vanuit onze luie zitposities zagen we hoe Ajax naar de winst freewheelde.
Toen PSV op het punt van beginnen stond, richtte jongste zich op mij.
"Zit jij op George?" vroeg ie op serieuze toon.
In mijn rug vond ik inderdaad zijn knuffel. De oranje aap keek me aan met zijn gebruikelijke vrolijke grijns. Zorgvuldig zette jongste George naast zich op de driezitsbank, het teken dat zijn club kon beginnen.
Mijn vriendin kwam thuis toen het buiten al schemerde en de wedstrijd van Feyenoord tegen het rustsignaal liep. In één oogopslag overzag ze de situatie.
"Zitten jullie al de gehele middag voetbal te kijken?" vroeg ze, niet zonder verontwaardiging. We knikten voldaan, als twee gasten die schaamteloos uitbuikten na een langdurig menu met veel liflafjes in een sterrenrestaurant. 
"Waar is George?" vroeg jongste opnieuw, toen niet veel later ook oudste aansloot. Hij vond zijn knuffelvriend onder twee kussens. Met zijn vijven op een rijtje behaalden we in de Kuip, moe maar tevreden, de eindstreep.

zondag 14 december 2014

Winst

Het F-team van jongste maakt niet veel indruk in de competitie. Twee gelijke spelen, de rest verloren. Zaterdagmiddag, na weer een verliespartij, zat jongste langdurig op de schoot van mijn vriendin. Als een hangbuikzwijntje dat tegen de moederspenen schurkt, liet hij zich door de haren kroelen. Even dacht ik dat jongste troost zocht voor de nederlaag, maar dat wuifde hij snel weg.
"Nee, hoor. Gewoon even knuffelen."
Vanmorgen sprintte jongste, nauwelijks aangekleed en tanden gepoetst, weer fris en fruitig naar de grasmat in de buurt. Het veldje lag er, met het ochtendvocht, de vele herfstbladeren en de grauwe lucht, winterklaar bij, maar het weerhield jongste en zijn buurtvrienden er niet van om een ouderwetse partij drie-tegen-drie te starten.
Ik ging even kijken, hangend over het hek.
Het werd al snel een pandemonium van vrolijke slidings, schoten op de lat en saves met keepershandschoenen in felle kleuren. Tikkie-takkie-voetbal van het zuiverste soort. De bal ging rond als glühwein op een winterfeest. Doelpunten werden gevierd als vliegtuig of met de klassieke vuist in de lucht, aangevers werden met een priemende wijsvinger netjes bedankt.
"Hoeveel staat het eigenlijk?" riep ik van een afstandje.
Iemand mompelde "Eh..., 19-17 of zo," maar niemand wist het precies. De gedachte dat een wedstrijd per se gewonnen moet worden is waarschijnlijk een volwassen idee. Na ruim anderhalf uur sjokten de jongens huiswaarts, op weg naar een boterham. Hun trainingspakken waren besmeurd met modder en een voldaan gevoel. Tussen de zandvegen op het gezicht van jongste was een gulle glimlach zichtbaar.
"Ik heb gescoord met links," zei ie.
Meer winst kon een koude zondagmorgen in zijn ogen niet opleveren. 

donderdag 4 december 2014

Arjen in Rio

Oudste en jongste wilden voor hun goede schoolrapporten een keer uit eten, maar aan tafel in het knusse restaurantje bleef het opvallend rustig. Dat kwam omdat beiden een boek hadden meegenomen dat ze van Sinterklaas kregen. Toen het tafelmeisje de bestelling kwam opnemen, zat oudste gebogen in 'Arjen Robben en het WK in Rio', jongste was niet uit 'Arjan Robben en de finale van de Champions League' te slaan. Een schrijverscollectief had zich blijkbaar op de belevenissen van Robben gestort en deze avonturen bleken zó spannend dat ze alleen even opkeken toen het broodmandje met kruidenboter op tafel kwam.
"Hoe ver is Oranje al in Rio?" vroeg ik met een sneetje in mijn mond.
"Huh, ...eh, ... ze hebben net gewonnen van Spanje," zei oudste afwezig. 
"Dan moeten ze nog tegen Chili en Australië. En Mexico en Costa Rica," voegde jongste eraantoe. Hij had deze zomer goed opgelet.
Toen het hoofdgerecht werd opgediend, verruilde jongste zijn boek voor de frietjes, maar oudste bleef bladzijde na bladzijde wegvreten. Hij moest inmiddels al bij de halve finale tegen Argentinië aangekomen zijn, schatte ik.
Net op het moment dat het tafelmeisje de toetjes bracht, sloeg oudste zijn avontuur in Rio dicht. "Yes! Nederland heeft de finale gewonnen van Brazilië!" zei ie. Mijn vriendin keek geschrokken op van haar tiramisu.
"Wat? Hebben we gewonnen?" vroeg ik, met opgetrokken wenkbrauwen.
"Ja, en Arjen scoort de winnende goal!" juichte oudste.
Ik begreep meteen dat het prettig toeven was in de boeken van Robben. In die wereld is geen plaats voor gemiste penalty's in de halve finale. In lichte euforie betaalden we de rekening. Oudste trok zijn shirt over het hoofd, jongste gleed op zijn knieën richting de kapstok. Als wereldkampioenen verlieten we het eetcafé.

maandag 1 december 2014

Draak

Toen ik thuis kwam, hing jongste als een vorst in een fauteuil voor de televisie. Hij keek niet naar Spongebob of het Sinterklaasjournaal, maar naar Fox Sports, de herhalingen van het weekend.
"Welke wedstrijd is dit?" vroeg ik.
"Serie A haailaaits, AS Roma tegen Inter." Jongste zei het met de vanzelfsprekendheid waarmee een groenteman een kilo peren weegt op de markt. 
"Speelt Strootman?" wilde ik weten.
"Ja, en Totti, Pjanic en Gervinho ook," somde jongste op.
Na de wedstrijd van Roma tegen Internazionale kondigde een blonde mevrouw met strak opgebonden borstjes Juventus tegen Torino aan. Met toegeknepen ogen scande jongste de opstelling van Juventus.
"Buffon speelt niet," zei hij. 
Het beviel me prima om samen met jongste te kijken hoe Pirlo de wedstrijd voor Juventus besliste, maar opeens knaagde een pedagogisch stemmetje in mijn achterhoofd. Is al dat tv-kijken wel goed, zeurde ie. En meteen erachteraan de vraag of kennis van alle Serie A-clubs niet vervangen moest worden door nuttigere zaken. Ik capituleerde.
"Nu de tv uit," beval ik toen de samenvatting van Juventus afgelopen was. Jongste had er weinig moeite mee.
"Is goed, pap," zei hij enthousiast, "kom, dan gaan we darten!" 
Die zag ik niet aankomen. Buiten had ik onder het afdak het dartbord opgehangen dat de jongens gisteren in hun schoen hadden gekregen. Jongste had zijn jas al aan. "Pap, kom je?"
In mijn hoofd flitste een visioen voorbij, jongste dertig jaar ouder. Hij had een bolle kop, een bierbuik en een zevenkoppige draak van inkt op zijn rechterarm. Met zweet op zijn voorhoofd probeerde hij een triple 20 te gooien. Snel zette ik de tv weer aan. De blonde kondigde AC Milan tegen Udinese aan.
"Kijk gerust nog maar een wedstrijdje uit de Serie A," zei ik gehaast.

donderdag 27 november 2014

Slaapproblemen

Op het moment dat de jongens in de badkamer stonden, scoorde Feyenoord tegen Sevilla. "1-0?!" riep jongste met een mond vol tandpasta naar beneden.
"Ja! Een mooie goal van Toornstra," antwoordde ik. Misschien had ik de informatie beter voor mezelf kunnen houden, want jongste voelde in bed De Kuip zinderen. 
Stiekem zette ik het geluid van de televisie zachter, zodat de 2-0 van El Ahmadi op de bovenverdieping niet te horen was, maar jongste liet zich niet afstoppen. Met nog enkele minuten op de klok, meldde hij zich halverwege de trap.
"Mama, ik heb keelpijn," zei jongste. Hij trok er een gezicht bij alsof een egel door zijn slokdarm kroop. Over de schouder van zijn toeschietende moeder gluurde hij naar de televisie. El Ahmadi kwam opnieuw in kansrijke positie. Zijn moeder besloot het spelletje mee te spelen.
"Kom, dan drink maar een glaasje."
In de keuken hoorde ik het geluid van stromend water. Jongste verdreef traag de prikkel in zijn keel, want zijn glaasje was pas leeg toen de wedstrijd in Rotterdam beëindigd werd. "Heeft Feyenoord gewonnen, pap," vroeg ie,  toen hij langzaam naar de trap stiefelde.
"Met 2-0. Heb je nog pijn, jongen?"
"Nee, nu niet meer. Is PSV al begonnen?" vroeg ie er direct achteraan.
"Waarom? Komt de keelpijn terug als Depay scoort?"
"Misschien wel," zei jongste, terwijl hij achter zijn moeder de trap opliep. Hij deed niet eens moeite zijn lach in te houden.

maandag 24 november 2014

Roelof

Voetbal is een mooie sport, die je op vele manieren kunt beleven. Lang geleden, toen Rita Corita de Nederlandse tv veroverde en iedereen verwachtte dat de tijden van Ard Schenk nooit meer verbeterd zouden worden, begon ik als schril voetballertje in een pupillenteam. Daarna stond ik jaren in het doel en vulde ik opengevallen baantjes in als leider, knipper en plakker van het clubblad, coach, shirtjeswasser en assistent-trainer. Eigenlijk dacht ik dat alles afgevinkt was; de bal kende voor mij geen geheimen meer.
Tot afgelopen zaterdag.
Het team van jongste was al lang klaar met de warming-up, er werd al angstvallig over de schouders naar de kleedlokalen gekeken, toen leider L. naar me toekwam en me diep in de ogen keek.
"De scheidsrechter is er niet. Wil jij fluiten?"
Een lange rij beelden, die begon met woedende ouders en die eindigde met een politie-escorte waarmee ik het sportpark verliet, flitste door mijn hoofd.
"Eh,..., ja, .... eh, ... nee, ik?Hoezo?" stamelde ik als een debutant.
"Ik denk dat jij dat heel goed kunt." 
Doordat L. genadeloos mijn weakspot wist te vinden, stond ik een ogenblik later op de middenstip met een fluit in mijn mond. Daar holde ik, tussen een kudde 7- en 8-jarigen op mijn zondagse schoenen de bal achterna. Ik zat meteen in mijn rol. Resoluut besloot ik wie er mocht ingooien en waar de voordeelregel toegepast moest worden. Terwijl ik onderwijl snotneuzen schoonveegde, links en rechts schoenen strikte en een backje bemoedigend toesprak nadat hij in eigen doel mikte, voelde ik de Luinge in mij omhoog borrelen. Zo stapte ik na afloop ook van het veld, als een verwaande mastodont die de complimentjes van de ouders ontving als kaarsjes op een bruidstaart.
Mijn euforie was van korte duur.
"Je hebt de was verknald," zei mijn vriendin toen ik thuiskwam. Boos hield ze het rode bloesje voor mijn neus dat ik bij de witte was had gestopt. Toen ik daarna aan tafel haar glas melk omstootte, kon ik meteen vertrekken.
Twee keer geel is rood, vond ze.



zondag 23 november 2014

Verdoofd

Hoewel het mooi weer was, zaten we zondagmiddag binnen. Oudste leerde zijn huiswerk over zandgronden, jongste keek met zijn moeder geboeid naar de wedstrijd van FC Groningen tegen PSV. De club van jongste had moeite om te scoren in de Euroborg.
"Goh, die Padt keept echt wel goed," verzuchtte ie.
"Pad? Ik heb wel zin in een bospad," antwoordde mijn vriendin. Ze had een herfstwandeling in het vizier.
"Padt schrijf je met déétéé, net als Nordfeldt," zei oudste zonder op te kijken van zijn huiswerk. Naast de zandgrond löss weet hij ook de namen van elke eredivisiekeeper moeiteloos te spellen. De naam van de Groningen-goalie galmde met regelmaat door de huiskamer, Sergio Padt verijdelde doelpogingen van Maher, Depay en Narsingh.
"Een pad is ook een ander woord voor een bruine kikker," zei oudste, die graag met nieuwtjes uit de natuur strooit en inmiddels bij vragen over stuwwallen en zwerfkeien was aanbeland. 
Ook in de tweede helft leek het erop dat de PSV-aanvallers vergeefs op Padt afliepen. Heldhaftig wierp hij zich voor elk schot, totdat ook hij na een uur moest buigen voor een scherpe kopbal.
"Luuk de Jong scoort!" riep jongste. Opgelucht sprong ie van zijn stoel.
"Scoort met déétéé?" vroeg mijn vriendin toen jongste weer was geland. Ze stuurde er een knipoog achteraan. Vol verwachting keek ik naar oudste, maar hij stelde me niet teleur. Foutloos kopte hij deze voorzet binnen. Doordat De Leeuw dat enkele minuten later ook voor Groningen deed, daalde de stemming bij jongste. Het springen was hem vergaan. Hij hing verdoofd in zijn stoel als een aangereden kikker. Een bruine.

maandag 17 november 2014

Glansparade

Doordat de leider van het F-team van jongste verhinderd was en zijn collega-coach voor het werk in Australië zat, werd ik gebeld: of ik de derde leider wilde assisteren tijdens de training. Boven vond ik in een kast een geschikte joggingbroek en in een verre hoek mijn oude voetbalschoenen, zodat ik me monter met jongste op de donderdagavondtraining meldde. Gretig sjouwde ik met doeltjes, pionnen en het ballennet. Ik voelde me net Jan Salie uit het Sinterklaasjournaal, hoofd Bijzaken van de gemeente Gouda.
De warming-up, de techniekoefeningen, het afwerken op doel: aan de zijlijn, met mijn handen over elkaar, doorstond ik de vuurproef met glans. De training groeide geleidelijk naar het hoogtepunt toen de trainer met een partijspel wilde eindigen en aan mij vroeg of ik het grote doel wilde verdedigen.
Och ja, dat wilde ik wel.
Er ontstond een verbeten strijd tussen mijn ploegje en de tegenpartij, waarvan jongste de grote aanjager was. Met 2-2 op het bord en nog enkele seconden te gaan, passeerde jongste twee tegenstanders. Met de bal aan zijn voet taxeerde hij de afstand tot het doel, waarna hij (zoals dat heet) verwoestend uithaalde. De tijd verstilde. Het been van jongste zwaaide ver door, alle ogen volgden geboeid de baan het schot, sommige armen namen een voorsprong op de afloop en gingen juichend de lucht in. Op de reflex uit mijn oude lichaam werd niet gerekend, maar met de daadkracht van een minister van Financiën in crisistijd vertrok ik naar de rechterbenedenhoek, waar ik het winnende doelpunt van jongste voor de doellijn weggriste.
Later in het kleedlokaal, waar het douchewater weldadig kletterde, was algehele bewondering mijn deel. Vele F-vingertjes wezen in mijn richting. Niet langer was ik slechts de vader van jongste, vanaf nu was ik de vader die redde in tijden van nood. Ik verliet het sportpark als hoofd Hoofdzaken.
Jongste was minder enthousiast. Hij sprak twee dagen niet met me. 

zaterdag 15 november 2014

Boek

Jongste verveelde zich stierlijk. Buiten viel de schemer in rood en oranje, binnen was het nog te vroeg voor de tv. Zijn broer las in Geronimo Stilton en toverde allerlei popliedjes uit zijn gitaar, maar jongste hing als een gewisselde spits in een keukenstoel. 
"Ik heb niets te doen, pap." Op het fornuis kookte ik de asperges.
"Je mag de tafel wel vast dekken," zei ik.
"Mmm, ....neuh."
Dat schoot niet op. Op de keukentafel graaide zijn hand naar een stapeltje met post en reclamefolders. Onderop vond ie een verdwaald exemplaar van De hoeken van Luigi Ferraris. Hij legde het boek voorzichtig op schoot en las de titel.
"De....hoeken.....van.....Lui....," begon ie.
"Loewiedjie Ferraris." Zijn broer kwam erbij staan en maakte de zin af. 
Jongste ging rechtop zitten en bladerde door de verhalenbundel.
"Gaan deze verhalen over mij?" vroeg ie.
Ik schudde mijn hoofd.
"En ik?" Ook oudste informeerde nieuwsgierig.
"Nee, jongens. Misschien in een volgend verhalenboek," zei ik sluw.
Jongste was nu volledig wakker. Hij zat gespitst aan de keukentafel, alsof de meester in de rekenles de kans berekende van een strafschop op Jasper Cillissen.
"Echt? Wat moeten we dan doen?" vroeg ie.
"In ieder geval niet in een stoel gaan hangen." In een pan liet ik de slavinken sudderen. Twintig seconden later stond ik alleen in de keuken. Het ritmische gebonk van de bal tegen de zijgevel klonk vertrouwd in de oren.
"Waar zijn de jongens?" vroeg mijn vriendin die door de achterdeur binnenstapte.
"Ze werken aan een nieuw boek," antwoordde ik voldaan.

zondag 9 november 2014

Natuurlijk overwicht

De jongens hadden ruzie.
Met een toewijding waar het Oranje onder Guus Hiddink een puntje aan kan zuigen spelen ze sinds enkele weken het computerspel Online Soccer Manager. Een vaag spel waarbij elke deelnemer een club kiest, een budget heeft en aan een competitie deelneemt die door de computer bepaald wordt. Oudste beheert Hamburger SV, terwijl jongste Hertha BSC voor degradatie moet zien te behoeden. Met regelmaat waaien de Bundesliga-perikelen door de huiskamer.
"Yes, HSV heeft gewonnen van Bayern!"
"Je moet Dost kopen van Wolfsburg!"
"Van der Vaart moet nu écht naar de bank!"
Gisterenavond, op het moment dat ik de uien sneed voor een stamppot, ging het mis. Oudste opende goedbedoeld het account van jongste op OSM en kocht Manuel Neuer voor Hertha, het team van zijn broer. Jongste reageerde furieus. Voor mijn neus probeerden beide kemphanen schreeuwend en met wilde gebaren hun gelijk te halen. Ineens wist ik hoe Eric Braamhaar zich moet voelen na een gemiste handsbal in het strafschopgebied. Ik reageerde ook als Braamhaar. Met de autoriteit van een toerist in een zwarte Amerikaanse buitenwijk legde ik een wijsvinger op mijn lippen en gaf beide spelers geel:
"Jij ruimt voor straf de vaatwasser leeg, jij dekt alvast de tafel."
Hoewel er nog niets op het gas stond, waren de rapen toen helemáál gaar. Het volume naderde de grens van burengerucht en lokte hun moeder die boven de was stond te strijken. Vrouwe Justitia zette zich aan de keukentafel en hoorde in alle rust de schermutselingen aan. Haar vonnis was even eenvoudig als briljant.
"Dan verkoop je die Neuer toch meteen dóór aan het team van oudste."
Broederlijk hervatten de jongens hun coachtaken aan de computer, terwijl Braamhaar de aardappels, wortels en uien door elkaar mocht prakken. Gelukkig is er ook een Björn Kuipers in huis.

vrijdag 7 november 2014

Doutzen

Mijn vriendin stond voor de spiegel. Met een nieuwe broek, kuithoge laarsjes, een vreemd vestje en een zijden sjaal bekeek ze zichzelf vanuit alle windrichtingen. Ze deed me denken aan een buurvrouw uit de jaren zeventig. Met een hoog, luidruchtig stemmetje verstierde ze alle verjaardagsfeestjes.
"Wat vind je ervan?" was de onvermijdelijke vraag.
"Hmmm, even wennen, maar het staat je best goed, schat." Eerlijkheid is als rookworst in de erwtensoep: je moet kunnen doseren.
Tussen alle lege winkeltassen speelde jongste met FIFA 13. Manchester United in een fel duel met Real. De make-over van zijn moeder, die nu met het zelfvertrouwen van Doutzen Kroes door de kamer paradeerde, bracht hem op een idee. Hij legde de wedstrijd stil en schakelde naar instellingen. Op het beeldscherm zag ik Abrahams, de speler die op FIFA 13 Manchester United wél laat winnen. Met een paar drukken op zijn afstandsbediening veranderde jongste het bruine haar in wilde blonde lokken. Ineens leek Abrahams op die ene van LA The Voices. Jongste schakelde meteen door naar 'donker'. Nu keek Jan Joost van Gangelen de huiskamer in. Dat kon nog, maar uiteindelijk koos jongste voor een modern kort kapsel, waardoor Abrahams als een platte volkszanger de strijd tegen Real hervatte. 
Met open mond keek ik om me heen. 
Mijn vriendin bracht als Holland's Next Top Model een vergeten vrouwenstem uit een ver verleden tot leven, terwijl op televisie Abrahams met het gezicht van Gerard Joling de wedstrijd in het voordeel van United besliste. Als een bokser die twee opstoten moet verwerken, schudde ik even met mijn hoofd. Meteen daalde het inzicht neer: mode is niet mijn ding.

donderdag 6 november 2014

Rimpels

Aan de keukentafel las ik vanmorgen in de Voetbal International een interview met de grootste Nederlandse voetballer ooit. Er stond een grote foto bij.
"Wie is dat?" vroeg oudste, op weg naar een beschuitje.
"Johan Cruijff."
Mijn antwoord deed oudste weinig. In zijn hoofd gingen geen luikjes open met beelden van de onmogelijke boogbal tegen Piot, het lobje over Metgod of slow-motionbeelden vanaf de zijlijn in Nou Camp met op de achtergrond een melancholiek strijkkwartet van Strawinsky. Plichtmatig, als een oude treinconducteur op het perron, smeerde hij boter op zijn beschuit.
Het was tijd voor onderricht. 
Ik legde oudste uit dat Johan Cruijff vroeger enorm goed kon voetballen bij Ajax, Barcelona en het Nederlands elftal, dat hij de Messi van zijn tijd was en dat hij het nu als zijn levenswerk beschouwde om Ajax via eigen talenten weer terug te laten keren naar de top.
"Hé, dat is Cruijff!" zei mijn vriendin. Ze meldde zich met jongste aan de ontbijttafel. Geïnteresseerd keek ze over mijn schouder.
"Goh, hij heeft wel veel rimpels."
De ouderdomsverschijnselen van Cruijff hielden jongste niet zo bezig. Terwijl hij de peperkoek uit de kast pakte, informeerde hij wat Ajax gisterenavond gedaan had tegen Barcelona. De agenda van de Champions League zit scherper in zijn hoofd dan de tafel van 4.
"0-2 verloren. Twee goals van Messi."
Met in zijn mondhoek een hap beschuit, koppelde oudste de uitslag van de wedstrijd in de Arena naadloos aan mijn verhandeling over de Grootse Nederlandse Voetballer Ooit.
"0-2? Dat levert die Kruif weer een rimpel op," zei ie droog.

zondag 2 november 2014

De veter van Teunisse

Een kwartier is in het geheel van de geschiedenis der mensheid een druppel in het IJsselmeer, bekeken door kinderogen zijn vijftien minuten een cadeau. Op zaterdagavond begon PSV-ADO om kwart voor negen en doordat negen uur bedtijd is voor oudste en jongste gingen ze er eens goed voor zitten. Een kom met bolognese chips op tafel. Een fles sinas ernaast. Een schot van Wijnaldum, wat gekkigheid van Willems, een lob van Depay: het feest van de openingsminuten in Eindhoven mocht beginnen.
En toen was er het gat.
De camera zoomde in op het doel aan linkerzijde waar een levenloos touwtje de functie van het net ontkrachtte. Twee paar jongensogen schakelden op de bank in twee seconden van verwachting naar ongeloof. In enkele woorden duidde ik voor de jongens de ernst van de situatie.
"Tja, een schot van Jozefzoon glipt daar zo doorheen."
De redding leek nabij toen Sjaak Teunisse, diep in de catacomben verantwoordelijk voor de loonadministratie van de terreinknechten en 'onvoorziene gebeurtenissen', met in zijn hand de veter uit zijn zondagse schoen het veld opstapte voor zijn moment of fame. Debiteren, belastingschijven, kleiduifschieten met het Gilde in Oss; de lijst met vaardigheden van Sjaak Teunisse is best lang, maar de platte knoop zit er niet tussen. Met een schuin oog op de klok keek oudste wanhopig toe hoe de veter steeds weer als een kansloze sliert uit de reparatiehandelingen  tevoorschijn kwam. Freek van de Walik, dienstdoend grensrechter, moest er aan te pas komen om de impasse te doorbreken. Met een strik, opgedaan in een lesje van mevrouw Ferwerda van groep twéé, werd het gat gedicht. De grote wijzer naderde de twaalf toen er uiteindelijk werd afgetrapt. Wat geschuif achterin en de gele kaart van Hendrix, na het gehannes van Teunisse bleef er weinig over voor de jongens. 
"Rotvent," mompelde jongste, toen hij ontgoocheld de trap op liep.

donderdag 30 oktober 2014

Heel Holland bakt

Met de verbetenheid van een team dat in blessuretijd alsnog de gelijkmaker wil forceren, stortten oudste en zijn moeder zich in de keuken op een kiekeboe-cake. In een oogwenk verwarmde de oven zich vóór en stond het meel, de basterdsuiker en een cakevorm op tafel.
"Wat is dat, een kiekeboe-cake?" vroeg ik.
"Een cake met een verrassing als je hem open snijdt," zei oudste.
In de huiskamer speelde jongste Online Soccer Manager op de computer. Doordat het gehele gezin druk bezig was, zapte ik op de bank verveeld langs alle 173 televisiekanalen. Ik bleef hangen bij Fox Sports, waar een herhaling getoond werd van Manchester United-Chelsea, een wedstrijd die in het weekend al plaatsvond. De stadiongeluiden lokten jongste.
"Wat? Speelt Manchester nu? Cool! Doet Van Persie mee?"
Doordat jongste naast me op bank schoof en de beelden als een onverwacht cadeautje uitpakte, hield ik de eindstand voor me. Terwijl vanuit de keuken een lekkere geur onze neusgaten kriebelde, kroop jongste steeds verder in het televisiescherm, waar Manchester met zichzelf worstelde en Chelsea via een hoogopspringende Drogba arrogant de leiding nam.
Het was tegen het einde van de wedstrijd, jongste gaf geen cent meer voor de kansen van Manchester, dat oudste trots de kamer binnen kwam lopen. In zijn handen droeg hij de gebakken cake en een mes. 
Gretig zette ik het mes in de lekkernij. Ademloos volgden oudste en mijn vriendin de bewegingen. Zou de verrassende vorm van binnen gelukt zijn? Net op dat moment knalde Van Persie in de rebound de gelijkmaker binnen. Old Trafford ontplofte en ook jongste sprong opgelucht van de bank.
"Kiekeboe!" zei ik.

zondag 26 oktober 2014

Snoeihard

Op Fox Sports kijk ik naar de persconferentie van Louis van Gaal. Prachtig cabaret. Met ogen die dwingen als een vos in een kippenhok legt Van Gaal de hongerige persmeute uit hoe hij Manchester United langs Chelsea gaat loodsen.
Naast me zit jongste. Hij heeft zijn wedstrijd al achter de rug. TSC F1, uit. Doordat hij dáár om half 9 al moest aantreden, stonden we vanmorgen in het pikkedonker op de verzamelplek in het dorp. De krantenjongen deed zijn ronde nog. Terwijl de ouders de slaap uit de ogen wrijven, maken de F'jes van het mensonterende tijdstip geen punt: vrolijk werken ze hun traditionele tikspelletjes af voordat we in de auto stappen.
In Oosterhout blijkt TSC een taaie tegenstander. Hoewel ze lager op de ranglijst staan, trekken ze met 6-1 de wedstrijd naar zich toe. Eén keer scoren ze zelfs uit een corner, een bezienswaardigheid bij de F'jes. De hoge voorzet wordt snoeihard in het eigen doel gekopt.
Door jongste.
Hoe veerkrachtig hij is toont hij later, als we na thuiskomst zijn broer gaan ophalen die bij oma gelogeerd heeft. Met rode wangen van een leerling die verslag doet over het schoolreisje, praat hij zijn oma bij over de nederlaag:
"Ik heb een kopbal gescoord, oma! In eigen doel!"
Intussen krijgt Van Gaal op de persconferentie vanachter uit de zaal de vraag of hij Van Persie niet moet vervangen voor Falcao. Enkele seconden blijft het stil. De wangen van de coach van United lopen rood aan en zijn ogen vernauwen zich tot spleetjes. Even lijkt het erop alsof ie zich op het hele kippenhok gaat storten.
Had Van Gaal maar het incasseringsvermogen van jongste.

zondag 19 oktober 2014

Manager of the month

Met oudste kijk ik in pyjama op de bank naar de zondagochtendherhaling van Match of the Day. Ronald Koeman antwoordt na de 8-0 overwinning van Southampton op Sunderland op de vragen van de BBC-reporter. De grijns van de coach van de maand is net zo vet als zijn uitspraak van de Engelse taal.
"Its a dielaait toe go on toer wis dies gaais!" 
"Wat zegt ie nou?" vraagt oudste. In zijn klas klinkt die taal toch ánders.
Ik kijk graag wedstrijden met oudste. Op zijn prioriteitenlijstje staat voetbal op een degradatieplek, toch kijkt ie steevast mee als er een wedstrijd de huiskamer in rolt. Ook bladert ie vaak door een rondslingerende VI of speelt ie met zijn broer op FIFA 13. En dan blijft er veel hangen, want regelmatig komt ie  verrassend uit de hoek.
"Zit Michel Vorm nog steeds op de bank bij Spurs?" vraagt oudste nu als MOTD beelden laat zien van Manchester City tegen Tottenham. Intussen komt zijn moeder naar beneden. Ze luistert geduldig naar mijn uitleg waarom Vorm nog steeds niet speelt, maar dan blijkt dat ook zij andere prioriteiten op deze zondagochtend heeft.
"Is dat voetballen bijna afgelopen? Ik wil iets doen met zijn allen."
Als we niet direct reageren doordat een vloeiende aanval van Fabregas en Hazard onze volledige aandacht trekt, klinkt haar stem ineens een stuk geïrriteerder.
"Nou?! Zullen we naar het bos gaan? Het is mooi weer!"
Het is oudste die het eerst van de bank komt. Met een accent waarmee sir David Attenborough doorgaans het paargedrag van bidsprinkhanen in Centraal-Afrika beschrijft, richt ie zich tot zijn moeder.
"It's a delight to go on tour, mama."

donderdag 16 oktober 2014

Wondersloffen

De jongens groeien hard. Hun voeten ook. In zijn prachtige zwarte kicksen knelden de tenen van jongste als fans in een overvol supportersvak. Er zat niets anders op: we meldden ons in de sportwinkel en staarden nieuwsgierig naar de wand met nieuwe voetbalschoenen. Jongste was er snel uit. Met de zelfverzekerdheid van Björn Kuipers in een Champions League-finale wees hij naar een paar met wit en veel roze. Ik huiverde. De kleuren waren een combinatie aangegaan, net zo kansloos als een één-tweetje tussen Van Persie en Huntelaar.
De meneer die ons hielp herkende mijn wanhoop. We groeiden beiden op in een tijd waarin voetbalschoenen stalen neuzen hadden en schroefnoppen meedogenloos door de zool staken. Hij probeerde hem nog te overtuigen met minder felle exemplaren, maar jongste was onvermurwbaar. "Deze zitten gewoon het lekkerst," zei ie voldaan. Probeer daar maar eens overheen te gaan.
Met glimmend nieuw schoeisel stond jongste zaterdagochtend klaar op het veld. Nog voor de aftrap tikte hij een ploegmaatje aan en wees met een gelukzalige glimlach naar zijn wondersloffen. Ik moest meteen aan Sjakie  denken, de stripheld. Door een meesterlijk verbond met zijn afgedragen kicksen wist hij op spectaculaire wijze de wedstrijden van zijn schoolteam te beslissen. Even hoopte ik dat de witroze monsters aan de voeten van jongste alle ballen naar de bovenhoek zouden sturen, maar de wedstrijd ging met 0-12 verloren. 
Ik had het natuurlijk kunnen weten: wonderen gebeuren alleen in een stripverhaal.

vrijdag 10 oktober 2014

Warmte

In de studio keuvelden Egbers, Van Marwijk en Van Bommel alsof ze in een kring op een verjaardagsfeest zaten. Alleen het schaaltje met kaas en worst ontbrak. Dat stond bij ons in de huiskamer, naast een kommetje met mosterd. De jongens hadden er zin in, zo'n potje van Oranje.
"Kazachstan, zijn die goed, pap?" vroeg oudste.
Ik wachtte even, omdat ik net een stuk ossenworst in mijn mond propte, maar het antwoord werd al op het beeldscherm gegeven.  
"Winst-plus," zei Hiddink.
"Ik ken geen enkele speler," bekende Van Bommel.
"Het wordt 6-0," voorspelde Bert van Marwijk.
Na het doelpunt van Afellay nestelde opluchting zich als een cadeau in een paardenbek, maar de sfeer daalde opnieuw toen jongste het laatste stukje kaas in zijn mond stak.
"Die was voor mij!" schreeuwde oudste. Hij wees nadrukkelijk naar zichzelf.
Jongste verstuurde enkele dodelijke blikken. "Hou je bek," beet hij zijn broer toe. Voor de zekerheid hield ie zijn hand voor zijn mond.
Na het laatste fluitsignaal vond ik het toch nodig om het even over de onverkwikkelijkheden te hebben. "Wat was dat nou, jongens, met dat kaasblokje?" 
"Ik word boos als ik niet het laatste stukje krijg," zei oudste.
"Och, dat gebeurt gewoon in het heetst van de strijd," vertelde jongste. Om de boodschap kracht bij te zetten, liepen ze daarna als vrienden de trap op.
Een kwartier later kwam mijn vriendin thuis van haar late dienst.
"Wat is het hier kil," zei ze.
  








donderdag 9 oktober 2014

Dreamteam

Bij thuiskomst vond ik niet het avondeten op tafel, maar een berg knutselspullen, waaronder een plakstift, scharen en papiersnippers. Jongste praatte me bij. De nieuwe Goal was die middag binnengekomen met in het midden een uitklapposter waarop elke abonnee zijn ideale Champions League-opstelling kon maken. De fotootjes van 50 topspelers waren erbij geleverd, maar moesten geselecteerd, uitgeknipt en opgeplakt worden.
"Kijk, ik heb Koertwa op doel," zei jongste met pretoogjes, "en achterin Hummels, Filip Laam en Gerret Beel!"
Aandachtig bekeek ik de achterhoede. Bale op rechtsback met veel ruimte voor zich. Goedkeurend knikte ik met mijn hoofd: jongste had meer inzicht dan de trainer van Real Madrid.
"Speelt Xavi op het middenveld? En Zlatan?" Jongste wilde met de schaar in de hand meteen dóórpakken, maar omdat de borden op tafel moesten voor de ovenschotel, werd het knip-en plakwerk terzijde geschoven.
Veel later die avond, de jongens waren al naar bed, vond ik de poster terug op de buffetkast. Jongste had zijn opstelling klaar. Xavi pronkte inderdaad op het middenveld, Robben had de basiself ook gehaald en in de spits, voorspelbaar als het kapsel van Kees Jansma, was Messi geplakt. Nieuwsgierig draaide ik de poster om. Op de andere kant vond ik een elftalfoto van Ajax. Leuk voor op de slaapkamer, moet de redactie van Goal geredeneerd hebben. Jongste dacht daar heel anders over. Op het gezicht van Moisander had ie een ziekenfondsbrilletje getekend. De Finse verdediger zag er nu uit als een student theologie, maar daarmee kwam ie nog goed weg. Nick Viergever droeg een hangsnor en twee tietjes.


zaterdag 4 oktober 2014

Woede

Het was erg gezellig in de huiskamer, net voor bedtijd. Naast de geur van verse kruidkoek hing er een wolk van gepaste trots. Oudste was die dag  gehuldigd voor het kampioenschap in het dubbelspel voor jongens tot 10 jaar en we bewonderden zijn trofee die midden op tafel stond. Vooral mijn vriendin kreeg haar emoties moeilijk getemd.
"Kampioen van de tennisclub! Dat is niet ni-hiks!" riep ze. Bij de laatste lettergreep schoot haar stem een octaaf omhoog.
"Goh, je lijkt Van Peperstraten wel," zei ik, niet zonder ironie.
Ik vond het een geslaagde grap en liet enkele gierende uithalen volgen: "Hiiiiiiiiiiiiiih, hi, hi, Hiiiiiii-iiiiiih, hi, hi!" Mijn vriendin wist er wel raad mee: "Goh, je lijkt Van der Gijp wel."
Mijn incasseringsvermogen is niet groter dan de prijzenkast van RKC Waalwijk, dus met de gezelligheid was het snel gedaan.
"Kom, naar bed," bromde ik en wees met mijn vinger streng naar de trap.
In de badkamer daalde de stemming tot onder het nulpunt toen oudste zijn tandenborstel liet vallen op de tegelvloer en jongste voor de spiegel stond te treuzelen.
"Wat zit je nou met je wenkbrauwen te trekken?" vroeg ik geïrriteerd.
"Ik probeer Frank de Boer na te doen," zei ie droog.
Toen had ik er genoeg van. Dit gelamenteer verdiende een donderspeech.
"En nou opschieten of ik word boos," dreunde ik, "Phillip Cocu-boos!" 
Jongste informeerde nieuwsgierig wat er dan precies ging gebeuren, maar zijn broer had de hele situatie door.
"Niet zo veel," zei oudste bijdehand.


vrijdag 3 oktober 2014

Spraakverwarring

Onze buurman is niet flauw. Op het moment dat ie zijn lege afvalcontainer terugrolt naar de achtertuin, voetbalt jongste op de inrit. 
"Wat doe je?" vraagt buurman.
"Ik mik op dingen," antwoordt jongste.
"Waarop dan?"
"De regenpijp, de klink van de poort, vogelpoep op de muur. Op alles."
"Kun je de bal ook hierin krijgen?" Buurman wijst naar zijn kliko en opent het deksel. "Zet hem maar in de tuin als het gelukt is."
Ik overzie de situatie: een rechtopstaande kliko met geopende deksel halverwege de inrit en de gretige blik van jongste op zes meter afstand met de bal aan zijn voet. Ik heb er niet veel vertrouwen in: hier worden Bergkamp-achtige boogjes gevraagd.
"Succes!" roep ik nog, als ik naar binnen loop voor een nieuwe aflevering van De Wereld Draait Door. In de huiskamer knutselt oudste aan een mooie herfsttekening, zijn moeder zit achter de computer.
Matthijs zit nog niet eens aan tafel, als jongste gehaast via de achtertuin naar binnen rent. Dan gaat het snel.
"Hij zit erin!" roept ie enthousiast, maar oudste is drukker met de vervelende gevolgen van zijn scheppingsproces.
"O, oh, ik heb een vlek op mijn shirt," zegt ie geschrokken. Als door een adder gebeten kijkt mijn vriendin op van haar laptop. De chaos is compleet als jongste in alle opwinding over zijn onverwachte voltreffer hier nog overheen   gaat: "Met een stift!"
"Ah, nee! Niet met stift," verzucht zijn moeder, "dat krijg je er niet meer uit."

donderdag 2 oktober 2014

SOS

PSV is definitief ons huis binnengedrongen. De postbode bracht een pakketje dat mijn vriendin via Marktplaats bestelde.
"Kijk eens wat ik hier heb!" zei ze toen jongste thuis kwam van school. Triomfantelijk hield ze het roodwit gestreepte shirt van PSV voor zijn neus. Het zag er nog hartstikke nieuw uit.
Voorzichtig, alsof het in zijn handen als snoeppapier zou kunnen verscheuren, nam jongste het cadeautje aan. Het voelde als 7 op de schaal van Richter, toen hij het tricot met ingehouden adem over zijn schouders trok. Ralf Edström, Willy van der Kuijlen, Romario da Souza Faria; de hele PSV-glorie denderde in kuddes door de huiskamer en trokken diepe sporen in die ooit zo vertrouwde ruimte.
"Pap, wedstrijdje doen?" vroeg ie opgewonden. Hij zag mijn wanhoop niet.
Op de inrit kwam ie uitdagend tegenover me staan, met dat grote wedstrijdshirt over de ranke schouders.
"Ik ben Luuk de Jong, wie ben jij?" vroeg ie.
"Dan ben ik Graziano Pellè," antwoordde ik. De Italiaan, groot, knap, sterk en balvast, zou hem wel eens een lesje leren. Maar vanaf de eerste seconde flitste jongste als een buitenspeler met herwonnen zelfvertrouwen langs me heen. Tien minuten later plofte ik bezweet terug in de driezitsbank.
"Tien-vier voor PSV!" schreeuwde jongste. Hij kreeg een high-five van zijn broer. Nog nooit zo weggespeeld. Vertwijfeld keek ik om me heen. De televisie, de kachel, de gordijnen aan de muur; alles leek nog hetzelfde, maar diep van binnen knaagde het onheilspellende gevoel dat er iets voorgoed veranderd was. Als de kapitein van een schip in de storm zond ik een noodsignaal naar mijn vriendin, die in een fauteuil achteloos door de tv-gids bladerde.
"Pellè?" zei ze niet zonder spot, "Je lijkt niet eens op Pellè." 

zaterdag 27 september 2014

TicTac

Donderdagavond loop ik met jongste door de binnenstad van Eindhoven. Zijn opwinding stroomt door zijn warme knuist in mijn hand. Dit gaat zijn eerste PSV-wedstrijd worden. In de verte gloeien de stadionlichten al boven de huizen.
"Gaan ze nu weer foejeren, pap?" vraagt ie als we in de drukte voor het toegangspoortje staan. Hij herinnert zich nog dat ik een keer met de benen wijd werd betast door een steward van de Amsterdam Arena.
"Deed dat pijn, papa?" had ie toen gevraagd.
"Nee, jongen. Het voelt alleen een beetje vreemd."
Deze keer mag ik gewoon doorlopen als we door het poortje zijn, maar over mijn schouder zie ik dat jongste zich demonstratief opstelt voor een steward van het type Herman den Blijker. Jongste staat als een eekhoorn voor de gorilla, alsof ie naar een pindanootje hengelt.
"Dus jij wilt ook gefouilleerd worden," zegt Herman, die het spel meespeelt.
Jongste spreidt zijn armen, plaatst zijn been opzij en zet zijn gezicht op het standje ik-ben-er-klaar-voor. Dan geeft Herman vol gas. De kolenschoppen die doordeweeks beton vlechten of metaal buigen, glijden in rap temp over het tengere lichaam. Bij de rechterjaszak stopt ineens de speurtocht. Als een gevangenenbewaarder in Alcatraz houdt Herman een voorwerp voor de neus van jongste.
"Wat is dit?" vraagt ie streng. 
"Een leeg TicTac-doosje," zegt jongste, piepend van spanning.
Herman mikt het doosje met een boog naast een sinaasappel, een flesje water en andere in beslag genomen goederen en knikt met zijn hoofd.
"Doorlopen!" zegt ie dan, met een knipoog.
Op de tribune juicht jongste voor de PSV-doelpunten en springt vrolijk mee met de wave die de tweede helft over de rangen glijdt, maar het zijn Hermans handen die het meeste blijven hangen.
"Was de wedstrijd leuk?" vraagt zijn moeder bij thuiskomst.
"Ja, ik ben gefoejeerd!" is het antwoord van jongste.
"Is dat niet eng?" 
Dan probeert jongste de belevenis, die tot in zijn vezels zinderde,  schouderophalend terug te zetten in de alledaagsheid van het smeren van boterhammen en tanden poetsen:
"Och, het kietelt een beetje."

vrijdag 26 september 2014

Gesponsord

Er gaan dagen voorbij dat ik niet aan Mateja Kezman denk. De Servische spits van PSV met zijn rare snuitje en pedante maniertjes als ie een doelpunt scoorde.
PSV is de favoriete club van onze jongste zoon. Op zijn kamer hangt het PSV-logo groot aan de muur, een elftalfoto van de Eindhovense club en een poster van Depay. Met regelmaat vraagt ie naar de Europacup-finale uit 1988 en roemruchte spelers uit lang vervlogen tijden, maar deze week werd zijn aandacht getrokken door iets anders: zijn nieuwe trainingspak.
Met een glimlach ging ie voor zijn moeder staan. 
"Kijk, mam. Helemaal nieuw!" Trots draaide ie een rondje.
"Wow," zei mijn vriendin oprecht. Ze bekeek de outfit van alle kanten. De vader van een spelertje uit zijn nieuwe F-team, had de hele ploeg voorzien van nieuwe trainingspakken. Op de borst was het clublogo fraai ingeborduurd. Achterop stond met grote letters 'FORD-garage P. van de Ven," met daaronder de naam van jongste. Jongste en alle andere spelers was opgedragen om het pak tijdens trainingen en de warming up voor wedstrijden te dragen, zodat het team eenheid uitstraalde, maar het mocht ook gewoon aan op doordeweekse dagen.
Dat liet jongste zich geen twee keer vertellen. Met zijn nieuwe jas aan vertrok hij naar de inrit voor een ouderwets partijtje met oudste. Geïnspireerd door zijn nieuwe kleding maakte jongste al snel een treffer. Juichend rende hij naar de straatkant, waar net de buurvrouw met het hondje van drie huizen verderop passeerde. Jongste draaide zich om naar zijn publiek en wees met beide duimen naar de sponsor die dit spektakel mogelijk had gemaakt en naar de naam van de doelpuntenmaker.
Dat was het moment dat Kezman weer even in mijn gedachten kroop.

donderdag 25 september 2014

Bink

Vanmorgen bracht ik de jongens naar school. Toen we op het schoolplein de fiets wegzetten, wees jongste naar boven.
"Pap, kun jij mijn bal van het dak halen? De juffen durven niet."
Gretig schoof ik mijn mannelijkheid naar voren. In de schuur waar de duwkar en alle zandbakspullen stonden, pakte ik de ladder en zette hem rechtop tegen de gevel. Met elke trede steeg mijn aanzien. Kleuters bleven staan met hun moeders en keken vol ontzag omhoog, oudste stootte een klasgenootje aan.
"Kijk! Dat is mijn vader!"
Op het dak vond ik niet alleen de bal van jongste, maar nog vier andere exemplaren. De schoten tijdens de partijtjes in de pauzes vonden blijkbaar niet altijd doel. Om het effect van de reddingsactie nog wat te vergroten, hield ik mijn buik in toen ik van de ladder neerdaalde. Cristiano Ronaldo die net een vrije trap in de kruising knalde, zo sloot ik het schuurtje.
Thuis vertelde ik mijn vriendin in geuren en kleuren over mijn avontuur op het dak. Het ontzag van de kleuters, het schouderklopje van de juf van 3/4, de blikken van de moeders; niets liet ik weg. Mijn gloriedaad gloeide nog prettig na toen 's middags de jongens weer thuiskwamen.
"En? Nog gevoetbald in de pauze?" vroeg ik.
"Ja, maar de bal ligt weer op het dak," antwoordde jongste sip.
Het was mijn vriendin die uit de hele situatie een slaatje sloeg.
"Ik geloof dat je morgen je buik weer mag inhouden," zei ze met opvallend veel plezier.

donderdag 18 september 2014

Ontbijt


"Heeft Ajax gewonnen?"
"Nee, gelijk gespeeld met 1-1."
"En je zei dat Paris Saint Germain veel beter was."
"Dat is ook zo. Ajax deed het best goed."
"Wie heeft er gescoord?"
"Lasse...."
"Schöne! Was ie mooi?"
"Best. Uit een vrije trap."
"En Zlatan? Was Zlatan goed?"
"Een beetje onzichtbaar."
"Is er vanavond ook Champions League?"
"Nee, op donderdag is het Europa League."
"PSV moet toch ook?"
"Ja, en Feyenoord."
"Mag ik PSV zien?"
"Dat begint om 7 uur. Dan moet jij trainen."
"Oh."
"Maar als we terug zijn, kun je nog een stukje van de 2e helft zien."
"Echt?"
"Echt."
"Cool, pap. Waar is de oude kaas?"

zondag 14 september 2014

Commercie

Mijn vriendin had gewinkeld bij Kruidvat. Op de keukentafel stond, naast een doosje tandenstokers en een voordeelverpakking deospray, een flesje Manchester United-shampoo. Een zwarte flacon met clublogo en afbeeldingen van Rooney, Van Persie en Fellaini.
"Leuk voor de jongens," zei ze er overbodig bij.
Het snelle geld heeft het voetbal al lang in een wurggreep. Gewiekste reclamejongens die handig inspelen op de impact van voetbalsterren op kinderen. Een Barcelona-rugzak, een tandenborstel met het Feyenoord-logo, een drinkbeker van Ajax; het is hier allemaal in huis te vinden. Oudste en jongste kwamen dan ook opgetogen thuis van school. Ze keken met bewondering naar de spelers op de flacon.
"Gebruikt Robin van Persie deze shampoo ook?" Jongste keek alsof ie goud in handen had. Ik wilde zijn illusie niet doorbreken.
"Natuurlijk," zei ik, "de hele ploeg. En Louis van Gaal ook!"
Die avond douchten de jongens met de voetballers van Manchester United. Ze kraaiden van plezier en sopten elkaar extra in.
"Leuk hè, die shampoo van mama?" vroeg ik toen ik hen later hielp met afdrogen.
"Mwa," was het magere antwoord van oudste.
"Ben je bang net zo vroeg kaal te worden als Rooney?"
"Neuh."
"Of zo'n kroeskop te krijgen als Fellaini?"
"Nee, hoor."
"Wil je liever tennisshampoo? Met Nadal erop? Of Djokovic?"
"Echt niet."
Ik begon te vermoeden dat oudste de valkuil van de reclamejongens doorhad. Dat hij niet wenste te bezwijken voor de verleiding. Een gevoel van trots borrelde bij me op.
"Stom trucje, hè? Zo'n Manchester United-shampoo?" vroeg ik.
"Hij ruikt gewoon niet lekker, pap."
Met die mogelijkheid had ik geen rekening gehouden.

vrijdag 12 september 2014

Zinvol

Terwijl zijn moeder een ui en een aubergine sneed, zat oudste aan de keukentafel gebogen over de Voetbal International. Op de voorkant stonden 16 foto's van topspelers die komende week het sterrenbal van de Champions League openen. Oudste houdt niet zo van voetbal, maar is een enthousiast tennisser met een gevaarlijke backhand. Ook speelt ie gitaar. Terwijl hij zichzelf het intro van een Black Eyed Peas-liedje leert, wordt ie voortdurend gestoord door geluiden van Fox Sports of het FIFA-13-geweld van zijn broertje. Toch pikt hij veel voetbalfeiten op, want oudste gaf moeiteloos de namen van de voetballers die de voorpagina van de VI sierden.
"Schöne, Zlatan, Messi, Yaya Touré, Sneijder, Pirlo, Özil, Huntelaar, Hulk, Robben, Martins Indi, Ronaldo, Balotelli,  ...."
Het rijtje stokte bij foto nummer 14.
"Wie is dat, pap?"
"Hij is van Chelsea," zei ik.
"Mata?"
Jongste kwam de keuken binnenwandelen.
"Die zit bij Manchester. Dat is Diego Costa," zei ie, achteloos als de boer die al zijn koeien herkent aan de vlekken op de achterbil. Boven de pan met groente zette mijn vriendin grote ogen op. Dit ging ver. Heel ver, maar ik was nog niet tevreden.
"Je moet er nog twee," zei ik tegen oudste. Geconcentreerd keerde hij terug naar de portrettengallerij.
"..... Diego Costa dus, en ... eh..., Totti en Affelay!"
Hij balde een vuist en kreeg een highfive van jongste. Triomfantelijk keken ze de keuken in alsof ze ter plekke een medicijn tegen ALS hadden ontdekt of het antwoord hadden op het probleem van smeltende ijskappen. Hun moeder was minder onder de indruk. Ze goot de pastaslierten af en schudde hartgrondig met haar hoofd.

donderdag 11 september 2014

Rondje om de wereld

Het openingsgesprek van Matthijs van Nieuwkerk met Claudia de Brey kon ik moeilijk volgen door ritmisch gebonk. Oudste en jongste waren aan het oefenen op de inrit. Toen ze binnen werden geroepen, hoorde ik de reden.
"Als ik voor winterstop de bal tien keer kan hooghouden, gaan we met het hele team naar de bios," legde jongste uit met de bal in de hand.
"Ja, en ik help hem mee," zei oudste.
"Tot hoe ver kom je dan?" vroeg ik.
"Mijn record is zeven," zei jongste enthousiast. Het klonk als de vermoeide marathonloper die, met de finish in zicht, zichzelf nog eens oppept. 
"Dit moet ik ook oefenen." Jongste drukte zijn bal op de grond en voerde een ingewikkelde dans uit met aantikken en haastige overstapjes. Zijn F-coach had de oefening gisteren voorgedaan. Jongste krabde op de training nog onwennig achter zijn oren, maar ging na thuiskomst vóór bedtijd aan de slag. Vanmorgen aan de ontbijttafel, met de bal aan de voet tussen twee happen peperkoek door, waren de contouren van beheersing al zichtbaar.
"Kijk pap, het lukt," zei jongste nu trots. Hij had de bal inderdaad aan een touwtje.
Op tv draaide de wereld intussen gewoon door. Matthijs kondigde de blooperfilmpjes aan.
"Rondje om de wereld, dat is dit," zei jongste. Hij liet de bal op zijn wreef balanceren en probeerde er met zijn voet omheen te draaien, zonder hem te laten stuiteren. Het ging mis bij de aanname. Mijn kopje koffie werd met geweld van tafel gestoten. Geschrokken keken oudste en jongste naar de ravage op de vloer. Hun moeder schoot gehaast toe.
"Wat is dit voor toestand?" riep ze.
"Geen nood," suste ik, "geef hem een dag en hij heeft het onder controle."

donderdag 4 september 2014

IJswater

De postbode bracht gisteren een groot langwerpig pakketje. De naam van jongste stond erop. Ik rammelde er een keer mee en bekeek het van alle kanten, maar daar werd ik niet veel wijzer van.
"Dat is voor zijn slaapkamer!" hoorde ik vanaf de bovenverdieping.
Mijn vriendin is al dagen bezig in de slaapkamer van jongste. De wanden werden in de kleuren rood en wit opgefrist. Dat vond ik nog hoopvol.
"Daar kun je een mooie Ajax-kamer van maken," zei ik enthousiast, "of een Feyenoord-kamer!" 
Jongste knikte netjes met zijn hoofd, maar had zijn keuze al gemaakt. Uit het postpakketje rolde namelijk het PSV-logo in reuzenformaat. Mijn vriendin maakte er meteen werk van en bevestigde de sticker op de muur boven het bed van jongste. 
"En? Kun je het aan?" vroeg mijn vriendin voorzichtig toen het klaar was. Ze kent me goed.
"Alsof je de Eiffeltoren verhuist naar hartje Londen," antwoordde ik.
De onwennigheid hing nog steeds in de lucht toen ik de jongens naar bed bracht. In de kamer van jongste hing het PSV-logo als een dreigement boven een paar onschuldige kinderogen.
"Weet je niet meer welke liedjes ik altijd voor jullie zong?" vroeg ik.
"Ja, hoor. Hand in hand, kameraden," zei jongste, "en Op een slof en een oude voetbalschoen. Maar ik vind PSV gewoon de beste." Het voelde als een scheut ijswater over mijn hoofd. 
Vanmorgen verscheen jongste opvallend fris aan de ontbijttafel. Ik vroeg hem of hij goed geslapen had, onder het zwaard van Damocles.
"Als een roos," zei ie monter, "en ik wil ook nog een poster van Depaai."
De emmer moest blijkbaar helemaal leeg.

maandag 1 september 2014

Onheilstijding

Mijn vriendin zei met kalme stem dat ik beter even kon gaan zitten. Daar schrok ik van. Allerlei doemscenario's schoten door mijn hoofd. Een fietsongeval van oudste, een hartaanval in de familie, massaal ontslag op het werk. Ik haalde diep adem.
"Okay, ik zit." Wat er ook ging komen, ik was er klaar voor.
"Hij is verkocht....," zei mijn vriendin.
"Wie is verkocht?" vroeg ik.
Mijn vriendin wees naar de hoek: "De televisie."
Ik verstarde als Sigthorsson in het zestienmetergebied.
"Hoe heb je ....., waarom ...., wat is dit...?!" stamelde ik.
"Het werd me gewoon allemaal te veel," begon ze, "Studio Sport, de wedstrijden van FOX, Jack van Gelder. En dan moet de Champions League nog beginnen." Mijn vriendin stond nu tegenover me als een marktkoopman die me op luide toon een autoglansmiddel aan wil smeren. Ik hapte intussen naar adem.
"Aan wie....?" meer kreeg ik er niet uit.
"Aan Sjaak, van hierachter. Voor een leuk prijsje. Via Marktplaats."
Zonder iets te zeggen stond ik op. Dit had tijd nodig. Drie woorden bonkten ritmisch door mijn hoofd. Sjaak. Prijsje. Marktplaats.
Veel later kwamen we elkaar weer tegen in de huiskamer. "Waar is mijn föhn, mijn sapcentifuge, die mooie ring die ik kreeg tijdens dat herfstweekend in Parijs?" vroeg mijn vriendin. Ik schoof een stoel aan en haalde diep adem.
"Ik geloof dat je beter even kunt gaan zitten," zei ik op kalme toon.

vrijdag 29 augustus 2014

Kantoorbaan

Op zijn FIFA 13 heeft jongste zichzelf benoemd tot technisch directeur van Real Madrid. In tegenstelling tot Martin van Geel en Marcel Brands, koortsachtig op zoek naar een scorende spits, levert de laatste dag van het transferwindow hem weinig stress op. Met zijn benen over de leuning van de bank richt ie loom zijn afstandsbediening op de televisie.
"Wat doe je?" vraag ik.
"Ik koop Messi," zegt ie. Hij onderdrukt nog net geen geeuw.
Op televisie zie ik een gezicht dat inderdaad op dat van Messi lijkt. Dan komt jongste in actie. Hij richt opnieuw zijn afstandsbediening en doet een bod: in beeld verschijnt 27.500.000 euro. Het bedrag verspringt meteen.
"Wat gebeurt er?" zeg ik verbaasd.
"Paris St. Germain wil hem ook," zegt de TD van Real. Het duurt even, maar hij heeft beet op ruim 37 miljoen. 
Messi wordt meteen opgesteld. Jongste start een wedstrijd van Madrid  tegen Valencia. Het samenspel tussen Messi en Cristiano Ronaldo verloopt opvallend goed, ijverig geregisseerd door de duim van jongste. Ineens verspringt het beeld weer op het transferbord. Xabi Alonso staat er nu op.
"Wat gebeurt er nu?" vraag ik. Het spel gaat me nog steeds te snel.
"Xabi Alonso heeft te veel balverlies. Ik verkoop hem."
De middenvelder verkast ter plekke voor 18 miljoen naar Monaco. En passant koopt jongste Neuer voor 7 miljoen van Bayern ("Beter dan Kazieljas"). Met Neuer op doel hervat jongste de wedstrijd. Door een hattrick van Messi wint Real met 3-0.
Dan is het eten klaar.
"En? Hoe was jullie dag?" vraagt zijn moeder als we allen aan tafel zitten.
Terwijl hij het deksel van de pan tilt, zet jongste het geploeter van een technisch directeur in het juiste licht:
"Gewoon. Een paar spelers gekocht. Wat eten we?"

donderdag 28 augustus 2014

Pensioen

"Mijn rechter is dodelijk." 
Jongste bracht dit nieuws terloops, als een collega die na de vakantie bij het koffieapparaat zonder met de ogen te knipperen over haar borstvergroting begint. Ik keek verbaasd over de rand van mijn krant. 
"Hoe bedoel je, dodelijk?"
"Ik schiet ze allemaal binnen."
Hij had net buiten aan zijn zelfvertrouwen geschaafd met het welkomstgeschenk van 'Goal', een groenwitte bal. Jongste was lid geworden van het voetbalblad voor kinderen, omdat hij er foto's in hoopt te vinden hoe hij de passeerbeweging van Zidane (de tiptop) kan oefenen en in het interview met Adam Maher wil lezen hoe je op het middenveld van PSV terecht komt. 
"Ga je mee naar het sportpark?" vroeg jongste, toen ik de krant dichtvouwde. Zijn wereld wordt groter. De inrit en het veldje in de buurt zijn niet meer goed genoeg. Het gemeentelijk sportpark lonkt, waar kunstgras ligt en hoge netten zijn gespannen, zodat je schramvrij kunt vallen en niet steeds de bal moet halen na een mislukt schot. 
Omdat ik het missen van het middenveld van PSV niet op mijn geweten wil hebben, sta ik een kwartier later als doelman op het kunstgrasveld van de voetbalclub. Op de zestien is jongste druk met zijn nieuwe bal. Hij passeert een denkbeeldige verdediger met de Zidane en haalt uit. Het schot suist snoeihard in de bovenhoek. Inderdaad, een dodelijk rechterbeen.
Niet zonder bewondering haal ik de bal uit het net en rol hem terug. Het Zwitserlevengevoel schiet meteen door mijn hoofd: nu nog zijn linker.

zaterdag 16 augustus 2014

Nieuwe look

Jongste is niet zo trendgevoelig. Tot een paar dagen geleden. Nadat een strakke zijscheiding en veel brilcrème al twee seizoenen het straatbeeld in de Rotterdamse binnenstad (en ver daarbuiten) bepaalden, kwam hij nu ook thuis met een Pellè-kapsel.
Jongste leefde altijd bij het adagium snel en handig. Wat zijn hoofdhaar betreft kwam dat neer op het koesteren van lange manen die eigenzinnig alle kanten op piekten, zeg maar coupe Milko Djurovski. Ik had dan ook even tijd nodig toen hij ineens voor me stond met een strak gebeiteld hoofd.
"Eh, ... ja, ... eh, ... best mooi. Hoe dat zo?" stamelde ik.
"De kapster vroeg of ik Gratsiejano wilde en ik zei okay."
Jongste beschermde zijn nieuwe imago met opvallend veel aandacht. Of hij de tv op een ander kanaal switchte of een pot Nutella uit de kast pakte: elke handeling werd gevolgd door een onderzoekende hand die testte of de gel de zorgvuldig gebeeldhouwde lok nog wel in het gareel hield.
De teleurstelling was dan ook onpeilbaar toen de nacht zijn strakke hoofdcreatie vermorzelde. Ontdaan stond hij voor de badkamerspiegel. Het leek nog het meest op een verlaten vogelnestje na een hagelstorm. Zijn moeder moest eraan te pas komen. Met een krachtige hairspray werd de harenwirwar in standje Graziano hersteld. 
Toch vond gisteren een nieuwe beproeving plaats. Mij vriendin nam de jongens mee naar een uitverkoop voor kinderkleren. In het kleedhokje trok jongste talloze keren T-shirts en hemden over het hoofd. De Pellè-look bleef echter overeind als Jaap Stam in zijn beste jaren. Bij het verlaten van de winkel droeg jongste in zijn ene hand een grote tas met nieuwe mode. Zijn andere voelde nog eens aan zijn Italiaanse snit.
"Goeie spray, mam!" zei hij triomfantelijk.

donderdag 14 augustus 2014

Adamskostuum

Jongste ging met zijn moeder naar de markt. Doordat er een kraampje stond met goedkope voetbaltricotjes kwam ie terug met een Nederlands elftalshirt van Robben over de schouders. Trots kwam jongste voor me staan. 
"Zo! Dat ziet er goed uit!" zei ik.
Maar die bevestiging had ie niet nodig. De rest van de dag liep jongste door het huis als een buitenspeler die de verdediging van Spanje met gemak aan flarden speelt. En die van Chili en Costa Rica erbij. De postbode, de buurvrouw, de man die het gas kwam checken: steeds zorgde jongste ervoor dat zijn Robben-shirt goed in beeld kwam.
's Avonds, tijdens het avondeten, kwam zijn geluk abrupt tot stilstand. Er spatte een grote drubbel jus op zijn borst, precies op de staart van de Nederlandse leeuw. We bespraken net de vakantiebestemmingen van vrienden en bekenden.
"Een klasgenootje is naar een nudistencamping geweest," zei oudste, nadat de schade op het voetbalshirt was hersteld.
"Wat is dat?" Jongste wilde er meer van weten.
"Daar loopt iedereen naakt over de camping."
"Wat!?" Jongste keek alsof het Nederlands elftal ter plekke werd opgeheven.
"Ja, in je blootje," zei oudste, "ook in de kampwinkel."
Dit moest zijn broer even verwerken.
"Zullen wij dat volgend jaar dan ook gaan doen," vroeg ik, "naar de nudistencamping?"
"Echt niet!" antwoordde jongste resoluut. 
Licht verbaasd vroeg zijn moeder waarom ie niet in blote billen over de camping wilde, maar zijn antwoord zag ik van verre aankomen:
"Dan kan ik mijn shirt van Robben niet dragen."

maandag 11 augustus 2014

Eto'o

Van de week ontving ik van een kennis een sms met een opmerkelijk aanbod. Sharon Stone, de bevallige filmdiva uit vervlogen tijden, had na een carrière vol Hollywood-hectiek genoeg van het leven in de schijnwerpers en verlangde naar een periode van rust op het platteland. Of ze een tijdje in mijn woning mocht vertoeven.
Dat moest ik even laten bezinken.
Mijn eerste gedachte was dat het de zorgvuldig opgebouwde verhoudingen in huis danig zou verstoren. Zouden de jongens het accepteren, zo'n wulpse blonde vrouw aan de keukentafel die net iets te hard lacht om de dagelijkse mopjes van hun vader? Om van de balans in de buurt nog maar te zwijgen.
Toch vond ik mezelf spoedig terug in een prettige dagdroom. Ik zag haar zitten, Sharon Stone, met gekruiste benen in een Hartman-stoel in mijn achtertuin onder de luifel. Vanaf een klapstoeltje zou ik toekijken hoe de ondergaande zon haar in een adembenemend licht zette. Hoe onnavolgbaar ze aan een filtersigaret zoog, precies zoals in Basic instinct. Hoe ze ging verzitten en speels haar ene been over de andere gooide. Ik rilde bij het idee.
Gelukkig drong het tijdig tot me door: zo'n avontuur met een spannend lichaam kan verleidelijk ogen, maar eindigt vaak bloederig (met een icepick of zo). Ik besloot de wensballon door te prikken en mijn kennis een antwoord-sms te sturen:
"Thanks, but no thanks."
Ook mijn vriendin vond het een wijs besluit.

zondag 10 augustus 2014

Perfect day

Het was zondagavond, tegen zeven uur. Nadat ik op Fox Sports de wedstrijd van Feyenoord tegen ADO had bekeken en daarna ook de complete potjes van Ajax (tegen Vitesse) en PSV (tegen Willem II) op mijn gemak had uitgezeten, kwam mijn vriendin demonstratief tegenover me zitten. Streng staarde ze me aan.
"Wat?" vroeg ik.
"Wat denk je zélf?!" Ze keek me aan met die typische blik. Niets zeggen, maar een oogopslag vol venijn. De blik die je krijgt als je de aardappelen te lang hebt laten koken, je een verjaardag bent vergeten of als ze te weinig aandacht krijgen.
"Bedoel je etenstijd? We kunnen toch pizza's bestellen?"
Mijn vriendin schakelde door naar fase 3. Haar ogen vernauwden zich tot spleetjes, smaller dan het gangpad op een lijnvlucht van Ryanair.
"Pizza?!" zei ze met stemverheffing, "Kom uit die stoel! Nu!"
"Maar zo meteen begint Studio Sport!" probeerde ik.
Dat viel niet goed. Op hoge poten, als een reiger die net heeft ontdekt dat de kikkers zijn verhuisd, verdween ze naar boven. Pas veel later vond ik haar terug in de slaapkamer. Ze lag op bed, maar sliep niet. De kou zat er nog. Om het ijs te breken startte ik een rugmassage. Eerst met vingertoppen, het subtiele werk. Toen ze niet tegenstribbelde, ging ik over naar zwaardere technieken: met beide handen bewerkte ik ritmisch haar schouderbladen en onderrug. Iets na tienen viel ze tevreden spinnend in een diepe slaap.
Mooi. Jack van Gelder begon net op Nederland 1.

Buurtheld

Enkele weken geleden keek ik naar een wedstrijd op het veldje. Er werd ferm gestreden, gedold, met het shirt over het hoofd gejuicht en geruzied wie de bal moest gaan halen na een schot ver naast het doel: dagelijkse kost.
Het partijtje veranderde toen op een hoek van het speelveld Roy Beerens verscheen. Roy Beerens, de koning van de buurt. Voor onze jongens (en alle buurtvriendjes) het levende bewijs dat je via het speelveldje in beeld kunt komen bij Studio Sport, dat je het Nederlands elftal kunt bereiken en het hoogst bereikbare: dat je na de aankoop van een pak Dreft en twee potten pindakaas bij de kassa van de Albert Heijn uit een zakje met voetbalplaatjes kunt rollen.
Beerens, net getransfereerd naar Hertha BSC, genoot nog van zijn vakantie. Naast het klimrek tikte hij een plastic bal rond met zijn zoontje en zijn vader, die een straat verderop woont. Het werkte vernietigend op het partijtje van de jongens. De aandacht lag niet langer op het veroveren van de bal, maar werd verlegd naar het tafereel naast de speeltuin. Opnieuw werd er nu naast het doel geschoten, afzwaaiers die opvallend vaak in de buurt van de familie Beerens rolden. Maar nu werd er voluit gesprint om de bal te mogen ophalen. Alles om maar in de buurt te komen. Dáár, op enkele meters van hun voetbalheld werd de blik verlegen afgewend en bleef het stil. Gelukkig hebben ze het vroeg door: met idolen praat je niet.
Vanmorgen keken de jongens op Fox naar de herhaling van AZ tegen Heracles. De Alkmaarders wonnen glorieus. Guus Hupperts stond op de plek van Beerens. Met een prachtige boog joeg Hupperts de bal in de bovenhoek, waarna hij werd bedolven onder medespelers en complimenten van de commentator.
Jongste was minder onder de indruk: "Die had Roy Beerens ook wel gemaakt."

vrijdag 8 augustus 2014

Voor hem en haar

Eén van de grootste gruwelen van de moderne tijd is een bezoek aan de kapper. Nadat mijn vriendin al weken klaagde over woekerend neus- en oorhaar en mijn wenkbrauwen als Blauwe regen mijn blik vertroebelde, viel het niet langer uit te stellen. Ik moest gisteren. Het begon al in de wachthoek. Om te voorkomen dat de vrouw naast me over haar krulspelden begon, dook ik in een tijdschrift. Een oude Privé. Relatieproblemen in de familie Krabbé en een nieuwe darmspoeling voor Patty Brard. Uit het raam staren hielp ook niet. Een oud-collega passeerde op het trottoir en trok wild zwaaiend mijn aandacht.
"Hé hallo! Naar de kapper?"
Nee, ik zit hier voor een nieuwe glasverzekering, pik.
Het ergste moet dan nog komen: de kappersstoel. Je staart doodsbang naar jezelf in de spiegel. Daar zit je. Gevangen onder een zeil met dalmatiër-motief dat ruikt naar een aftershavemix van vier vorige klanten. Je kunt geen kant meer op. Naast je staat de beul vrolijk te wapperen met een kammetje en een schaar.
"En, hoe zou je het gehad willen hebben?"
Gisterenavond, opgelucht en kortgewiekt, zag ik PSV ploeteren in Oostenrijk. Op de bank zat Memphis Depay, ook met een nieuw kapsel. Depay bij een kappertje in Pölten, ik was daar graag bij geweest.
"Ik will gerne ein Hahnekamm, Herr kapper."
"Wie, bitte?"
"Ich, Memphis."
"Nein, wie soll ich die Haare schneiden?"
"Für mich, Memphis Depay, ein Hahnekamm."
En dan gewoon met een springschans op je kruin invallen en de wedstrijd beslissen. Dan ben je een grote.

dinsdag 5 augustus 2014

Zomerstop

Nadat we terug waren gekeerd van een verre reis, pakten onze jongens de draad weer op waar ze hem twee weken geleden hadden laten liggen: op het veldje met een bal. Het WK voetbal in Brazilië echode daar prettig na. De teams die ze met buurtvriendjes vormden werden Colombia ("Ik ben Gammes!") en Duitsland genoemd en oudste kwam binnen om de slagroombus uit de koelkast te halen. "Om de muur op afstand te houden," was zijn antwoord op de vragende blik van zijn moeder. 
Vanuit het keukenraam zag ik dat de wedstrijd tussen de Colombianen en de Duitsers onbeslist eindigde, het kwam aan op penalty's. Dat had nog veel voeten in de aarde. Terwijl de ploegmaatjes geknield en schouder aan schouder in de middencirkel wachtten, begon een spelertje aan de lange wandeling naar de penaltystip. Onderweg werden kruisjes geslagen en omhoog gekeken, precies zoals Di Maria, Neymar jr. en Dirk Kuijt het een maand geleden hadden laten zien. Toen de laatste penalty werd gemist, stortten de verliezers ter aarde met de handen voor het gezicht en stoven de winnaars (de Duitsers, altijd weer de Duitsers) uitzinnig uiteen. Eén landde op zijn knieën in de zandbak, een ander deed bovenaan de glijbaan 'de boogschutter'.
Een kwartiertje later, nadat alle papiersnippers waren opgeruimd, hing jongste verveeld in een luie stoel.
"Pap, wanneer begint de Eredivisie weer?" 
"Dit weekend, jongen."
"Mooi."
Het had hem lang genoeg geduurd.



zondag 13 juli 2014

Beste meneer Van Gaal,

Vanaf nu spreek ik u aan met meneer. In vier weken kan veel veranderen. Als ik u een maand geleden met Hans Kraay op televisie zag, met holle ogen en roodaangelopen wangen, zei ik nog gewoon Louis. 
"Doe eens even normaal, Louis." 
In vier weken kan héél veel veranderen. Vanmorgen zag ik mijn buurman van een paar huizen verderop. Zorgvuldig ontdeed hij zijn voortuin van de Nederlandse vlag en een lang lint met oranje vaantjes. Er stond een grote glimlach op zijn gezicht. Hij heeft genoten van het WK. We hebben allemáál genoten van het toernooi dat met rare slagroomspuiten en reuzehorloges begon, maar al snel werd overgenomen door de winst op Spanje, de slidings van Vlaar, de goals van Fer en Depay, de ontsnapping tegen Mexico, de wissel van Krul, het huilende zoontje van Robben en de hechtingen in de kruin van Kuijt. Het maakte veel los bij ons Nederlanders. Iets wat ver van binnen was weggestoken, iets wat onder een dikke laag cynisme en de sleur van vaste maandelijkse lasten lag te verstoffen. We waren vergeten dat het nog bestond, maar het WK bracht het naar boven. Als een vergeten doos uit een gelukkige jeugd waar je bij een verhuizing in de kelder plotseling op stuit.
Trots.
Mijn buurman voelde het vanmorgen, ik voel het, u gaat het merken dat iederéén het hier voelt. Het is hier vrolijker geworden, gezelliger. We zijn meer buiten en vragen hoe het met elkaar gaat, de lucht is blauwer, de vogeltjes fluiten harder en we wachten netjes op elkaar in het bushokje. Natuurlijk, we hebben nog steeds haast. Nu moeten de koffers weer snel gepakt voor een vakantie naar Zuid-Frankrijk, maar we zullen de campingeigenaar, een zure man met baret en een dun snorretje, dit jaar toch anders begroeten.
"Bonjour, monsieur Guillaume! Alors, ca va?"
U zorgde goed voor de jongens van Oranje. U zag hoe ze samen aan hetzelfde touwtje trokken. U keek goedkeurend toe hoe Robben een pingel aan Huntelaar gunde en u stond schouder aan schouder toen Romero de goede kant op dook. We keken allemaal toe hoe u een vader was die met geduld en liefde zag hoe zijn zonen mannen werden. 
De kopbalduik van Robin van Persie startte een adembenemende reis. Bedankt dat wij, 16 miljoen bondscoaches, op deze wonderlijke vlucht even mochten meevliegen.

Met vriendelijke groet, 

Pieter Abrahams

PS Om het WK-gevoel in de huiskamer nog even vast te houden kochten we een hondje. Een teckel. Die van ons heet Meneer Van Gaal.

woensdag 9 juli 2014

Scherven

"Hoeveel?"
Vol ongeloof meldt oudste zich bij de ontbijttafel. Ik herhaal de uitslag.
"7-1? Voor de Duitsers? Echt?"
Twee seconden kijkt hij als de coach van Costa Rica die in de 110e minuut Tim Krul ziet warmlopen, maar oudste herstelt zich snel.
"Dus dan moeten we in de finale tegen Duitsland," zegt hij, terwijl ie een boterham op zijn bord legt.
Ook jongste heeft veel vertrouwen in de halve finale tegen de Argentinië. Als hij 's middags van school komt en aansluit aan de lunchtafel, haalt hij een tekening uit zijn rugzak.
"Hier. De opstelling voor vanavond."
Op een groot vel staat met wasco een voetbalveld getekend. 'Depaay' en 'robben' staan op de vleugels. In de spits speelt 'robin', grote spelers hebben genoeg aan een voornaam. Achterin moeten 'devrij', 'vlaar' en 'martens indie' de Argentijnen van scoren houden. Krul staat op doel.
"Verrassend, een 1-3-3 systeem," zeg ik goedkeurend.
"Ja, en het wordt 1-0. Voor Nederland."
"Moeten we dit niet doorgeven aan de bondscoach?" vraag ik. Maar we besluiten om Van Gaal met rust te laten, we willen hem niet storen in zijn wedstrijdvoorbereiding.
Hoe onbekrast is een kinderziel bij een WK-debuut? Wedstrijden van het Nederlands elftal betekenen voor hen de opwinding van het lang opblijven, veel chips en op het einde komt het steeds goed. 
"We worden wereldkampioen, pap. Wij hebben Depay."
Ik hoop dat ze gelijk hebben. Deze dagen denk ik vaak terug aan mijn eerste WK. Mooie flitsen. Johnny Rep tegen Uruguay, de witte kniebanden van Jongbloed en Theo de Jong die vallend scoort tegen de Bulgaren. Maar ook de val van Hölzenbein in de finale en iemand die riep dat we er toch nog intuinden. Later, in '78 zette Mario Kempes een streep door de finale en vier jaar geleden stak Casillas er een teen voor. Dan word je voorzichtig. Is een bondscoach met een gouden pik genoeg voor het WK-goud?
Bij het opruimen van de lunchtafel stoot ik een glas van tafel. Zuchtend ga ik op mijn knieën.
"Scherven brengen geluk, pap," zegt jongste.
Ik weet dat versplinterd glas op mijn keukenvloer niets te maken heeft met een WK-wedstrijd en dat een goede dag op school en een lekkere lunch met  de jongens veel belangrijker is dan winst voor Oranje, maar terwijl ik de stukken glas en melkresten van de keukenvloer schraap, borrelt het voorzichtig omhoog. Vertrouwen. We gaan het redden tegen Messi.





zaterdag 5 juli 2014

Penaltyserie met beginners, Part two

"Tim Krul? Is Cillessen dan geblesseerd?"
"Misschien is ie wel moe."
"Ja, het is ook al half één."
"Ja, het is al nacht. Ben jij nog niet moe?"
"Nee, hoor. Zijn er nog borrelnootjes?"
"Het is afgelopen. Nu krijgen we penalty's."
"Penalty's?"
"Ja, net als toen. Met Brazilië en Chili."
"En Krul moet de penalty's keepen?"
"Ja."
"Hij is nog niet moe."
"....."
"Goh, hij heeft hem bijna."
"Ja, hij is wel erg lang, Krul."
"Nu moet Roewies."
"Krul heeft hem!"
"....."
"Wesley Sneijder is aan de beurt."
"Die zal wel tegen de paal gaan. Of de lat."
"Ik vind het erg spannend."
"Ja, echt wel. Ik heb er buikpijn van."
"....."
"Wanneer komt Huntelaar?"
"Ik denk dat die als laatste moet."
"Krul pakt hem weer!"
"Hebben ze nu al gewonnen dan?"
"Ja, Nederland is dóór!"
"Hoeft Huntelaar niet meer?"
"Nee."
"Goh, jammer."
"Papa juichte wel erg hard, hè!"
"Ja, mama ook. Ik schrok ervan."
"Is Nederland nou wereldkampioen?"
"Bijna. Nu moeten ze tegen Argentinië."
"Tegen Messi? Is dat ook weer 's nachts?"
"Ja, als het weer penalty's worden wel."
"We zijn er nu goed in."
"In penalty's?"
"Nee, in lang opblijven."

woensdag 2 juli 2014

Brugwachter

De Belgen zijn hot. Na schrijver Herman Brusselmans en zanger Milow die met zijn prettig brutale Vlaamse tongval het loopvermogen van Kuijt of de nuchterheid van Huntelaar bezingt, is er opnieuw een Belg die vanuit de Nederlanden zonder terughoudendheid met bewondering wordt overgoten: Thibault Courtois. Niet dat de doelman van het Belgische elftal een imposante verschijning is. Courtois oogt als een hangplant. Hij lijkt meer op de bedeesde assistent-groenteafdeling van de plaatselijke Delhaize die voor het vak met keurig gerangschikte komkommers staat te blozen.
"Zeg jongeman, kun je me vertellen waar de rettich ligt?"
"Wablief?"
De uitstraling van een verlopen begonia weerhoudt Courtois er niet van om op fraaie wijze zijn werk te doen. Met de kalmte van oude frontsoldaat houdt hij zijn zestienmetergebied schoon. Daarmee hebben de Rode Duivels hun eigen Ed de Goey. Die stond ook in het doel als een duf duinkonijn, maar tikte vervolgens wel alle schoten buiten de palen. De roem van De Goey strandde in de kwartfinale van het WK van '94. De vrije trap van Branco werd hem zwaar aangerekend. Verbannen voor de rest van zijn leven naar een doorzonwoning in Waalwijk. 
In Brazilië staan de Belgen óók in de kwartfinale, nu tegen Argentinië. Ik verheug me erop. Ergens diep in de tweede helft wordt Di Maria nabij de zestien gevloerd door Kompany. Lionel Messi meldt zich bij de bal. De muur wordt nauwkeurig opgesteld. Op de tribunes gonst het door de rijen. Dan zet Messi aan voor zijn curve. Prachtig roterend zweeft de bal naar de bovenhoek. Courtois ook. Als de Belgische doelman die vrije trap met de rust van een verveelde brugwachter over de lat tikt, weten we genoeg: België wordt wereldkampioen.

maandag 30 juni 2014

Tijdvulling

Ook daags na de winst op Mexico is het goed toeven in Studio Brasil. De euforie rond het Nederlands elftal zindert nog na op de bank van Henry Schut. Als Co Adriaanse zijn licht laat schijnen over Louis van Gaals Plan B,  zoekt de huishond naar een lekker plekje bij Dione de Graaff. Dat moet je kunnen, je teckelneus verstoppen in de schoot van de Studio Sportpresentatrice en kijken alsof je een bot zoekt.
Adriaanse doet zijn uiterste best, maar ook hij komt niet tot een aanvaardbare verklaring voor de plotse ommekeer in Fortaleza. Vergeet alle theorieën over het veranderen van systemen en het inbrengen van Depay; misschien is de wonderbaarlijke ontsnapping wel een direct gevolg van het bezoek van Hans Klok een paar dagen geleden. Iets met een zwevend tafeltje onder een doek, geen windmachine deze keer.
Het bezoek van Klok aan Studio Brasil roept sowieso vragen op. De illusionist met een kapsel als een ontplofte hamsterkooi staat garant voor verbluffende kaarttrucs en weet een hongerige tijger in twee seconden te veranderen in een bevallige spelersvrouw, maar méér met voetbal heeft hij niet. 
Op dezelfde avond zat ook Hakim op de bank naast Hugo Borst. Nóg zo'n studiogast die net zo zinnig over tactiek praat als Kees Jansma over de werking van de krultang. "Is dat Marcello?" vroeg jongste. Hij houdt niet zo van Sesamstraat.
De komende week verwacht ik nog meer opvallende gasten. Tom Egbers krijgt in zijn eentje de twee uren naar de volgende wedstrijd niet vol ("Hier zien we de selectie bij het toetjesbuffet, Hugo"). Ranomi Kromowidjojo zal nog wel aanschuiven, Jochem Myjer die de bondscoach imiteert. De contacten met Erica Terpstra, Michael Boogerd, Halina Reijn, Jort Kelder, Gerard Cox en Joke Bruijs, Hilbert van der Duim en de Albert Heyn- manager uit de reclames zijn al gelegd. We krijgen de tijd tot aan de kwartfinale tegen Costa Rica met gemak gevuld.
Kan die Hans Klok trouwens niets doen aan de lies van Nigel de Jong?

zaterdag 28 juni 2014

Penaltyserie met beginners

"Neymar heeft kamp."
"Dat heet kramp."
"Okay, kramp."
"......."
"Goh, Brazilië en Chili spelen gelijk."
"Nee, ze gaan penalty's nemen."
"Penalty's?"
"Ja, om te kijken wie er wint."
"Oh, leuk."
"Heb jij nog chips?"
"Ja, welk plaatje had jij?"
"Stefan de Vrij."
"De Vrij? Vet, man."
"Ik wil graag nog Hunt...."
"Ze gaan beginnen."
"Wie moet eerst? Die opa met dat punkhaar?"
"Nee, David Loewies."
"......"
"Die keeper is goed!"
"Die van Chili ook. Die gaat naar Barcelona."
"Daar speelt Neymar ook."
"En Alexis Sanches."
"Alexie Sansjes?"
"Ja, die van Chi...."
"Zo! Keihard in de kruising!"
"Ja, mooi man."
"Nu moet Neymar."
"Die had toch kamp."
"Kramp."
"Hij scoort wel."
"Ja, hij scoort wel."
"Nu moet Jara voor Chili. Hij moet scoren."
"Je moet Gara zeggen."
"Ja, Gara."
"Paal!"
"Zo, die Brazilianen zijn echt blij."
"Ja, echt wel."
"Neymar huilt."
"Heeft hij weer kramp?"
"Nee, hij is blij."
"Ja, Brazilië gaat door."
"Ja, Brazilië gaat door."
"Zullen we nog een potje ezelen?"
"Op de inrit?"
"Ja, ik ben Neymar."
"Ik Dani Alves."
"Dani Alves?"
"Ja, die opa met dat punkhaar."

zondag 22 juni 2014

Touwtrekken

Louis van Gaal doceerde op zondagavond hoe het Nederlands elftal de finale in Rio de Janeiro bereikt:
"We moeten allemaal aan hetzelfde touwtje trekken."
Dat is helder als een zomernamiddag op Gran Canaria. Alle spelers, fans, analisten, loodgieters, bejaarden en Bert Maalderink dienen slechts één belang voor ogen te hebben: het landsbelang. 
Ondertussen keken we naar België-Rusland. Aan de zijlijn stond Fabio Capello, de man die in de Russische kleedkamer aan de touwtjes trekt. Kijk, Dick Advocaat in Moskou, daar heb ik wel een beeld bij. Geef Dickie een hotelkamer en een stapel videobanden van de Cypriotische tweede divisie en je hebt geen kind aan hem. Maar Capello? Die is gewend aan pasta, zalm en veel glazen Chianti. Het enige waar ze in Rusland véél van hebben zijn medeklinkers. 
Russische oliebaronnen weten wel raad met een coach die bij het nationale team aan het verkeerde touwtje trekt. Na de late goal van de Belgen zit Fabio zó weer thuis in een buitenwijk van Rome. Op het balkon met zacht klinkende muziek van Ramazotti en een lekker bord spaghetti.
Goed aan de touwtjes trekken, dat moet je kunnen. Mijn vriendin weet er hier wel raad mee. Een geboren touwtjestrekker.
"Aan tafel!" verordonneerde ze na de wedstrijd van de rode duivels.
"Wat eten we?" vroeg ik.
"Chili," zei ze niet zonder venijn, "met pittig gehakt en rucola."
Louis van Gaal kan tevreden zijn. Ik woon hier met een vrouw naar zijn hart. Ze trekt samen met de bondscoach aan hetzelfde touwtje. De tegenstander van Oranje morgen? 
Die vreten we op.

woensdag 18 juni 2014

Ed

Overwinningen komen soms wonderlijk tot stand. Ver voor de wedstrijd tegen Australië verdween een Hup-Holland-Hup-hamster bij een tafelpoot in de stofzuigerslang. Zo maar ineens. Flats! Met tandjes en al.
Ik zag de bui al hangen. Oudste waakt over zijn hamsters als Lange Jan over de Efteling. Hij telt ze elke dag, speelt spelletjes en zet ze in formatie voor de televisie als Oranje speelt. De rest van de hamsterfamilie lag in een rij op de salontafel. Snel veegde ik de beestjes op een stapeltje. Zo zou het vast niet opvallen.
"Waar is Ed?" vroeg oudste toen hij thuis kwam van school.
"Ed?" vroeg zijn moeder.
"Ja, mijn Hup-Holland-Hup-hamster met een tuba. Hij brengt geluk."
"Ligt ie daar niet bij die stapel?"
"Nee, ik heb al twee keer gekeken."
Samen keken we de wedstrijd van Oranje tegen Australië.
"Ze spelen niet goed," zei jongste.
"Vind je het gek, zonder Ed," antwoordde oudste.
Ik schoof steeds verder onderuit op mijn plekje op de bank. Oranje ging ten onder tegen Australië vanwege mijn poetswoede. Ik vreesde de toorn van het volk. Genadeloos commentaar van Borst en Gijp. De mannen van Van Gaal ploeterden lijdzaam voort toen mijn vriendin triomfantelijk de huiskamer binnenliep: "Kijk eens wie ik heb gevonden?"
"Ed!," schreeuwde oudste. 
Ed zag eruit alsof hij twee nachten had doorgehaald in de kroeg. Zijn tuba ook. Meteen gaf oudste de gelukshamster zijn prominente plekje voor de televisie. Net op tijd. 
Prompt kreeg Memphis Depay de bal.


 

maandag 16 juni 2014

Acteren

Mannen houden van voetbal en sex. Deze combinatie kwam tijdens de wedstrijd tegen Duitsland prachtig samen op de bovenlip van de Portugese spits: Hugo Almeida droeg een prachtsnor.
Niet zo'n grijze treursnor die bij Guus Hiddink als een wilg onder de neusgrot hing of een lullig Ed-de-Goey-Vlassertje. Nee, Almeida versloeg ze met vlag en wimpel. Hij droeg een moustache die vrouwenwangen kietelt. Een symbool van mannelijke overheersing. Een uitbundige demonstratie van testosteron. 
Door de opvallende beharing is Hugo Almeida meteen een open boek. Kijk, van Cristiano Ronaldo weten we dat hij naast het voetballen poseert voor onderbroekenposters. Als hij nog tijd over heeft, staat hij als Schwarzenegger voor de slaapkamerspiegel. Pepe, met zijn hakbenen en lege blik, werkt in zijn vrije tijd in een koeienslachthuis. Vooral het versplinteren van de ruggengraat geeft hem veel plezier. Met zo'n snor als Almeida, het kan niet anders, ben je een groot filmacteur. Hugo glorieert voor de camera. Geen method acting. Hugo is geen acteur die een studie maakt van zijn personage, geef hem een minuut, dan staat ie klaar. Hugo heeft succes in films met weinig diepgang. Of juist veel, het is maar hoe je het bekijkt.
"Wat wil je eten, Hugo?"
"Als er maar veel eieren in zitten. Véél eieren."
Terwijl de wedstrijd tegen Duitsland nog in volle gang was, moet het een bijzondere ontmoeting geweest zijn in de kleedkamer, tussen Almeida en Pepe.
"Hé Pepe, wat doe jij hier?" vraagt Almeida vanuit de doucheruimte.
"Rood," antwoordt de voorstopper, "waarom liet jij je wisselen?"
"Ik moet me sparen. Er komen weer filmopnames aan."
"Filmopnames? Welke film?"
"Lord of the strings."
Vanonder de weelderige snor lacht Hugo Almeida zijn tanden bloot.
"Deel drie."

Sta ik er goed op?

"Volgende!"
"Hallo, meneer."
"Hallo. Ga hier maar staan. Op de stip, ja. Naam?"
"Clasie, meneer."
"Klaassie?"
"Nee, Clasie meneer. Met een C."
"En je achternaam?"
"Dat is mijn achternaam, meneer. Ik heet Jordy. Wat gaat u doen?"
"We maken een filmpje voor de stadionborden, Jordy. Dan kan iedereen zien wie er gaan spelen. Let op: als het lampje brandt, kijk je streng in de camera en op mijn teken doe je je armen over elkaar. Comprendre?"
"Eh, ... lampje, ... teken, ... armen over elkaar. Ik geloof het wel, meneer."
"Okay, daar gaan we. Jordy Clasie, take one en .... action!"
"......."
"Je kijkt alsof je op schoolreis gaat, Jordy. Streng zei ik toch."
"Als het lampje brandt, zei u."
"Kijk, hier brandt het lampje."
"Oh sorry, meneer."
"Geeft niet, Jordy. Take two..... action!"
"........"
"Waarom doe je je armen niet over elkaar?"
"U zou een teken geven."
"Ik deed toch zó."
"Oh, was dat het teken? Sorry, meneer. Dit is mijn eerste WK, ziet u."
"Okay, take three.....action!"
"......."
"Waarom houd je je vinger onder je neus, Jordy."
"Ik voelde een nies opkomen, meneer."
"Take four....action!"

(veel later)
"Waarom schiet je in de lach?"
"Bruno staat daar gekke bekken te trekken, meneer. Hij moet na mij."
"VOOR DE LAATSTE KEER: LAMPJE, STRENG KIJKEN, ARM OVER ELKAAR! HOE MOEILIJK KAN HET ZIJN?"
"U hoeft niet zo boos te doen, meneer."
"TAKE TWENTYSEVEN, ..... ACTION!!"
"...................... sta ik er goed op, meneer?"
"UITSTEKEND!! Grrrrr. VOLGENDE!!"

zondag 15 juni 2014

Nachtbraken

"Huh? Waddisser? Waar ben ik?"
"Gewoon, in de slaapkamer. Slaap maar lekker door, schat."
"Hè? Waarom staat de tv aan?"
"WK."
"De WK? Hoe laat is het?"
"Bijna half vijf. Japan-Ivoorkust. Drogba is net ingevallen."
"Half vijf!? Doe normaal man!"
"Ssst, niet zo hard, schat. Dadelijk worden de jongens wakker."
"Ik dacht dat je zei dat Engeland vannacht moest spelen."
"Ook. Verloren tegen Italië. Balotelli maakte de winnende."
"Heb je die ook zitten k......"
"Jaaaaah!!"
"Ik schrik me rot, man. Wat gebeurt er?"
"Ivoorkust scoort! Bony!"
"Niet zo hard. Zo meteen zijn de jongens wakker."
"......."
"Morgenmiddag val je in slaap. Net als gisteren. Bij Theo."
"Dat lag meer aan Theo."
"Morgenmiddag moeten we trouwens naar oma."
"Zondagmiddag? Dat gaat dus niet lukken."
"Waarom niet?"
"Zwitserland-Ecuador."
"(zucht)"
"Jaaaaah!! Ivoorkust scoort weer! Gervinho!"
"Ssst. Dadelijk maak je de k..."
"Papa? Papa!"
"Wat is er, jongen?"
"Wie heeft er gescoord?"
"Ivoorkust."
"Bony?"
"Gervinho. Bony maakte de eerste. Ga maar weer slapen, jongen."
"Okay, trusten."
"Welterusten, jongen."
".........."
"Wat?"
".........(zucht)"
"Wat zit je nou met je hoofd te schudden, schat?"
"Jullie zijn niet goed snik."
"Hoezo?"
"Dit gaat ver. Véél te ver."
"Fer?"
"Ja, ver."
"Leroy Fer?"

vrijdag 13 juni 2014

Droomavond

De avond begint als oudste met zijn moeder thuis komt met de wekelijkse boodschappen.
"Kijk eens welke hamster ik heb," zegt ie tegen zijn broer die het knaagdier eens goed bekijkt.
"Is dat die hamster die bij Van Gaal door het raam naar binnen kijkt?"
"Nee, die hebben we al," antwoordt oudste, "deze wordt gekieteld door Blind."
De Albert Heijn-hamster die in de commercial gekieteld wordt door Daley Blind, krijgt een plekje voor de televisie, naast de 9 broertjes.
De jongens zien met de hele hamsterfamilie de penalty van Xavi Alonso en de duikkopbal van Van Persie. In de rust moeten de jongens naar bed. De hamster die gekieteld wordt door Blind, mag mee naar boven.
Ze missen de bevrijding van Arjen Robben, de kopstoot van Diego Costa, het einde van Casillas, het doelpunt van De Vrij, de onverzettelijkheid van Vlaar, de Oranje golf van ongeloof die over de tribunes waait en de gloeiende wangen van de bondscoach. De jongens missen het gelijk van Louis van Gaal.
Met grote ogen kijk ik naar de herhalingen van de doelpunten. Ik luister met open mond naar de meningen van Mulder, Van Marwijk en Hugo Borst in een raar juichpak.
Licht in mijn hoofd en niet geheel zeker van wat we die avond gezien hebben, gaan mijn vriendin en ik naar bed. Net voor twaalven. De avond eindigt opnieuw met hamsters. Jongste heeft de hamster die bij Van Gaal naar binnen gluurt in zijn knuist, op het kussen van oudste ligt het beestje dat gekieteld wordt door Blind. 
Dat wordt mooi, het wakker worden morgenochtend.

Favoriet

De zwetende oksels van Henry Schut in Studio Brasil kondigden het al aan: het WK ging nu toch echt beginnen. Nadat zelfs de tekkel in de studio zijn zegje had gedaan en het zwaar favoriete Braziliaanse elftal in polonaise (het móet een feest worden) het veld was opgekomen, zagen we eindelijk de bal rollen in het stadion van Saõ Paolo, waar muurtjes achter een witte spuitbusstreep stonden en Luka Modric met een veel te kort kapsel verscheen. Tussen al die gekkigheid viel een speler van Brazilië op als een baken van rust. Doe maar gewoon. Alleen die naam al.
Fred.
De man die voor het thuisland de aanvallen moet afronden heet geen Fred Emmer, Fred Racké of Fredje Teeven. Gewoon Fred. Fred heeft geen Asterix-vleugeltjes in zijn nek getatoeëerd en speelt niet op felgele (ja, wat zijn het?) schoen-en-sok-in-één-muiltjes. Fred is gewoon Fred. Hij staat in het veld als de man die in de trein de kaartjes knipt op het traject tussen Zutphen en Vinkeveen. 
"Zware dag gehad, Fred?"
"Twee zwartrijders met praatjes, wat eten we?"
Lang geleden had ik een vriend die zijn huisdier Fred noemde. Het was een knaagdier, een fret. Een tanig beestje met zwart haar en venijnige tandjes. Eigenlijk leek het beestje van mijn vriend veel op Fred. Tijdens het schoonmaken van zijn hok is de fret van het balkon gevallen. Hij kukelde zó over de balustrade van vierhoog, flats op de grond. Een beetje zoals Fred gisteren in het strafschopgebied van Kroatië.
Fred de fret was meteen morsdood. Of Brazilië met Fred de groep overleeft, valt nog te bezien. 

maandag 9 juni 2014

Beeldhouwwerk

Nu zelfs Oranje zich gaat ingraven rondom het eigen strafschopgebied, kun je het op je vingers natellen: veel voetbalplezier gaat dit WK niet opleveren. Honduras tegen Zwitserland, de Colombianen ploeterend tegen Japan; de groei observeren van een jong kastanjeboompje is waarschijnlijk net zo opwindend. We zullen het moeten hebben van het randgebeuren. 
Daar valt gelukkig nog veel te halen.
Die snor van Vicente del Bosque, daar kan ik me enorm op verheugen. Niets hangt troostelozer dan het grijze tapijtje onder de neus van de Spaanse bondscoach. Xavi en Iniesta tikken het Nederlands elftal helemaal dol, maar Del Bosque staat aan de zijlijn alsof hij wordt geteisterd door een rampzalige combinatie van plasdrang en nierstenen. 
Die wezenloze blik van Özil, daar kijk ik naar uit. De wapperende haren van Georgios Samaras op jacht naar een Grieks doelpunt, iets duivels van Luis Suarez en misschien wel het mooiste van alles: de baard van Andrea Pirlo.
Het hoofd van Pirlo close in beeld, als hij net met het buitenkantje Balotelli vrij voor de keeper heeft gezet, meer heb ik deze zomer niet nodig. De blik in de ogen, de diepe groeven. Andrea Pirlo leidt af van naderend onweer. De spelmaker van Italië laat je vergeten dat de ijskappen smelten en dat het bestuur van de FIFA rotter is dan een kasteelvloer met boktor. 
Volgens de overlevering is Pirlo geboren in de vijfde maand van 1979. Dat zou hem nu 35 jaar maken. Het kan niet anders dat Pirlo veel verder terug gaat. Zo'n voetballer moet uit een tijd stammen waarin schoonheid vanzelfsprekend was, een periode waarin een briljante oplossing voor een probleem als alledaags werd beschouwd. Het moet haast wel, Pirlo is geschapen in een atelier in Florence, ergens in de 16e eeuw. 
Geboetseerd door Michelangelo.

vrijdag 6 juni 2014

Groundhog day

Ik zit in een tijdlus. Elke ochtend waait hetzelfde commentaar van Ten Napel me tegemoet als ik de trap afdaal en de huiskamer binnenloop.
"Lukoki  .... Lukóóókíííí .... Goeiedag zeg!"
Elke ochtend de grote grijns van jongste. Hij heeft op televisie kanaal 221 ontdekt, het plekje van Fox Sports. Bij gebrek aan eredivisiewedstrijden in mei en juni herhaalt de voetbalzender alle potjes van het afgelopen seizoen. Jongste krijgt er geen genoeg van. Elke dag komt het weer voorbij: het gegrabbel van Kenneth Vermeer, de haarband van Gudelj, het brilletje van Peter Bosz, een boze Pellè die in Enschede enkele studiolampen aan gort schopt en alle goals van PSV, jongstes favoriete club.
Deze dag meldt ook zijn moeder zich vroeg beneden. Ze wil aan de slag met een grote klus: de inrichting van de nieuwe kinderkamer voor de jongens.
"Weet je al wat voor kamer je wilt?" vraagt ze aan jongste, die op het scherm opnieuw Lukoki langs de lijn ziet sprinten. In de verte hoor ik al de uithaal van Ten Napel.
"Ja, een Cambuur-kamer."
Cambuur? Die zag ik niet aankomen.
"Waarom een kamer met Cambuur?" vraag ik.
"Door Ritzmahèr, die is goed."
"Je bedoelt Marcel Ritzmaier."
"Ja, Ritzmahèr. Hij maakt mooie goals."
"Hij is eigenlijk van PSV. Cambuur heeft hem alleen maar geleend," zeg ik.
Jongste kijkt me met grote ogen aan.
"Is Ritzmahèr van PSV? Dan wil ik een PSV-kamer!"
Hij glundert. Het pinksterweekend kan niet mooier beginnen.
"Goeiedag, zeg!" roept Ten Napel vol bewondering op de achtergrond.

zaterdag 31 mei 2014

Bevlogen

Vrijdag kwam nichtje J. logeren. Jongste is erg gesteld op J. Hij geniet ervan als ze samen een rondje fietsen, een verstopplek zoeken of gewoon naast elkaar op de bank zitten en giechelen.
Deze keer hadden ze in de kast een velletje met speelgoedtatoeages gevonden, een souvenir van een kinderfeestje. Enthousiast gingen ze met een nat washandje aan de slag. In no time had jongste een zwarte rechterarm. 
"Kijk J., net zo'n arm als Wesley Sneijder."
"Wie is Wesley Sneijder?" vroeg J.
"Hij voetbalt voor Nederland."
"Oh."
"Ik moet morgen ook voetballen. Kom je kijken?"
De volgende dag had jongste een verenigingstoernooi: alle F'jes werden door elkaar gegooid in teams die Ajax, Feyenoord en FC Twente heetten. Jongste was geladen. Met zijn versierde rechterarm denderde hij over het gehele veld, alsof er een WK te verdienen was. Als Wesley Sneijder loerde hij naar gaatjes om een medespeler in weg te sturen. Tussen zijn moeder en mij stond zijn Yolanthe. Na elk passje keek ie naar de zijlijn. Had ze het gezien?
"Hij heeft er zin in vandaag," vertelde zijn leider.
Jongste speelde in de vijfde versnelling. Hij was voor en achter, veroverde ballen, passeerde twee, drie man, haalde ballen uit de sloot, schoot vol overgave op doel. Terwijl zijn haar in slierten op het voorhoofd plakte, leidde jongste zijn team naar een glorieuze overwinning. 
Omdat zijn meisje keek.