zaterdag 27 september 2014

TicTac

Donderdagavond loop ik met jongste door de binnenstad van Eindhoven. Zijn opwinding stroomt door zijn warme knuist in mijn hand. Dit gaat zijn eerste PSV-wedstrijd worden. In de verte gloeien de stadionlichten al boven de huizen.
"Gaan ze nu weer foejeren, pap?" vraagt ie als we in de drukte voor het toegangspoortje staan. Hij herinnert zich nog dat ik een keer met de benen wijd werd betast door een steward van de Amsterdam Arena.
"Deed dat pijn, papa?" had ie toen gevraagd.
"Nee, jongen. Het voelt alleen een beetje vreemd."
Deze keer mag ik gewoon doorlopen als we door het poortje zijn, maar over mijn schouder zie ik dat jongste zich demonstratief opstelt voor een steward van het type Herman den Blijker. Jongste staat als een eekhoorn voor de gorilla, alsof ie naar een pindanootje hengelt.
"Dus jij wilt ook gefouilleerd worden," zegt Herman, die het spel meespeelt.
Jongste spreidt zijn armen, plaatst zijn been opzij en zet zijn gezicht op het standje ik-ben-er-klaar-voor. Dan geeft Herman vol gas. De kolenschoppen die doordeweeks beton vlechten of metaal buigen, glijden in rap temp over het tengere lichaam. Bij de rechterjaszak stopt ineens de speurtocht. Als een gevangenenbewaarder in Alcatraz houdt Herman een voorwerp voor de neus van jongste.
"Wat is dit?" vraagt ie streng. 
"Een leeg TicTac-doosje," zegt jongste, piepend van spanning.
Herman mikt het doosje met een boog naast een sinaasappel, een flesje water en andere in beslag genomen goederen en knikt met zijn hoofd.
"Doorlopen!" zegt ie dan, met een knipoog.
Op de tribune juicht jongste voor de PSV-doelpunten en springt vrolijk mee met de wave die de tweede helft over de rangen glijdt, maar het zijn Hermans handen die het meeste blijven hangen.
"Was de wedstrijd leuk?" vraagt zijn moeder bij thuiskomst.
"Ja, ik ben gefoejeerd!" is het antwoord van jongste.
"Is dat niet eng?" 
Dan probeert jongste de belevenis, die tot in zijn vezels zinderde,  schouderophalend terug te zetten in de alledaagsheid van het smeren van boterhammen en tanden poetsen:
"Och, het kietelt een beetje."

vrijdag 26 september 2014

Gesponsord

Er gaan dagen voorbij dat ik niet aan Mateja Kezman denk. De Servische spits van PSV met zijn rare snuitje en pedante maniertjes als ie een doelpunt scoorde.
PSV is de favoriete club van onze jongste zoon. Op zijn kamer hangt het PSV-logo groot aan de muur, een elftalfoto van de Eindhovense club en een poster van Depay. Met regelmaat vraagt ie naar de Europacup-finale uit 1988 en roemruchte spelers uit lang vervlogen tijden, maar deze week werd zijn aandacht getrokken door iets anders: zijn nieuwe trainingspak.
Met een glimlach ging ie voor zijn moeder staan. 
"Kijk, mam. Helemaal nieuw!" Trots draaide ie een rondje.
"Wow," zei mijn vriendin oprecht. Ze bekeek de outfit van alle kanten. De vader van een spelertje uit zijn nieuwe F-team, had de hele ploeg voorzien van nieuwe trainingspakken. Op de borst was het clublogo fraai ingeborduurd. Achterop stond met grote letters 'FORD-garage P. van de Ven," met daaronder de naam van jongste. Jongste en alle andere spelers was opgedragen om het pak tijdens trainingen en de warming up voor wedstrijden te dragen, zodat het team eenheid uitstraalde, maar het mocht ook gewoon aan op doordeweekse dagen.
Dat liet jongste zich geen twee keer vertellen. Met zijn nieuwe jas aan vertrok hij naar de inrit voor een ouderwets partijtje met oudste. Geïnspireerd door zijn nieuwe kleding maakte jongste al snel een treffer. Juichend rende hij naar de straatkant, waar net de buurvrouw met het hondje van drie huizen verderop passeerde. Jongste draaide zich om naar zijn publiek en wees met beide duimen naar de sponsor die dit spektakel mogelijk had gemaakt en naar de naam van de doelpuntenmaker.
Dat was het moment dat Kezman weer even in mijn gedachten kroop.

donderdag 25 september 2014

Bink

Vanmorgen bracht ik de jongens naar school. Toen we op het schoolplein de fiets wegzetten, wees jongste naar boven.
"Pap, kun jij mijn bal van het dak halen? De juffen durven niet."
Gretig schoof ik mijn mannelijkheid naar voren. In de schuur waar de duwkar en alle zandbakspullen stonden, pakte ik de ladder en zette hem rechtop tegen de gevel. Met elke trede steeg mijn aanzien. Kleuters bleven staan met hun moeders en keken vol ontzag omhoog, oudste stootte een klasgenootje aan.
"Kijk! Dat is mijn vader!"
Op het dak vond ik niet alleen de bal van jongste, maar nog vier andere exemplaren. De schoten tijdens de partijtjes in de pauzes vonden blijkbaar niet altijd doel. Om het effect van de reddingsactie nog wat te vergroten, hield ik mijn buik in toen ik van de ladder neerdaalde. Cristiano Ronaldo die net een vrije trap in de kruising knalde, zo sloot ik het schuurtje.
Thuis vertelde ik mijn vriendin in geuren en kleuren over mijn avontuur op het dak. Het ontzag van de kleuters, het schouderklopje van de juf van 3/4, de blikken van de moeders; niets liet ik weg. Mijn gloriedaad gloeide nog prettig na toen 's middags de jongens weer thuiskwamen.
"En? Nog gevoetbald in de pauze?" vroeg ik.
"Ja, maar de bal ligt weer op het dak," antwoordde jongste sip.
Het was mijn vriendin die uit de hele situatie een slaatje sloeg.
"Ik geloof dat je morgen je buik weer mag inhouden," zei ze met opvallend veel plezier.

donderdag 18 september 2014

Ontbijt


"Heeft Ajax gewonnen?"
"Nee, gelijk gespeeld met 1-1."
"En je zei dat Paris Saint Germain veel beter was."
"Dat is ook zo. Ajax deed het best goed."
"Wie heeft er gescoord?"
"Lasse...."
"Schöne! Was ie mooi?"
"Best. Uit een vrije trap."
"En Zlatan? Was Zlatan goed?"
"Een beetje onzichtbaar."
"Is er vanavond ook Champions League?"
"Nee, op donderdag is het Europa League."
"PSV moet toch ook?"
"Ja, en Feyenoord."
"Mag ik PSV zien?"
"Dat begint om 7 uur. Dan moet jij trainen."
"Oh."
"Maar als we terug zijn, kun je nog een stukje van de 2e helft zien."
"Echt?"
"Echt."
"Cool, pap. Waar is de oude kaas?"

zondag 14 september 2014

Commercie

Mijn vriendin had gewinkeld bij Kruidvat. Op de keukentafel stond, naast een doosje tandenstokers en een voordeelverpakking deospray, een flesje Manchester United-shampoo. Een zwarte flacon met clublogo en afbeeldingen van Rooney, Van Persie en Fellaini.
"Leuk voor de jongens," zei ze er overbodig bij.
Het snelle geld heeft het voetbal al lang in een wurggreep. Gewiekste reclamejongens die handig inspelen op de impact van voetbalsterren op kinderen. Een Barcelona-rugzak, een tandenborstel met het Feyenoord-logo, een drinkbeker van Ajax; het is hier allemaal in huis te vinden. Oudste en jongste kwamen dan ook opgetogen thuis van school. Ze keken met bewondering naar de spelers op de flacon.
"Gebruikt Robin van Persie deze shampoo ook?" Jongste keek alsof ie goud in handen had. Ik wilde zijn illusie niet doorbreken.
"Natuurlijk," zei ik, "de hele ploeg. En Louis van Gaal ook!"
Die avond douchten de jongens met de voetballers van Manchester United. Ze kraaiden van plezier en sopten elkaar extra in.
"Leuk hè, die shampoo van mama?" vroeg ik toen ik hen later hielp met afdrogen.
"Mwa," was het magere antwoord van oudste.
"Ben je bang net zo vroeg kaal te worden als Rooney?"
"Neuh."
"Of zo'n kroeskop te krijgen als Fellaini?"
"Nee, hoor."
"Wil je liever tennisshampoo? Met Nadal erop? Of Djokovic?"
"Echt niet."
Ik begon te vermoeden dat oudste de valkuil van de reclamejongens doorhad. Dat hij niet wenste te bezwijken voor de verleiding. Een gevoel van trots borrelde bij me op.
"Stom trucje, hè? Zo'n Manchester United-shampoo?" vroeg ik.
"Hij ruikt gewoon niet lekker, pap."
Met die mogelijkheid had ik geen rekening gehouden.

vrijdag 12 september 2014

Zinvol

Terwijl zijn moeder een ui en een aubergine sneed, zat oudste aan de keukentafel gebogen over de Voetbal International. Op de voorkant stonden 16 foto's van topspelers die komende week het sterrenbal van de Champions League openen. Oudste houdt niet zo van voetbal, maar is een enthousiast tennisser met een gevaarlijke backhand. Ook speelt ie gitaar. Terwijl hij zichzelf het intro van een Black Eyed Peas-liedje leert, wordt ie voortdurend gestoord door geluiden van Fox Sports of het FIFA-13-geweld van zijn broertje. Toch pikt hij veel voetbalfeiten op, want oudste gaf moeiteloos de namen van de voetballers die de voorpagina van de VI sierden.
"Schöne, Zlatan, Messi, Yaya Touré, Sneijder, Pirlo, Özil, Huntelaar, Hulk, Robben, Martins Indi, Ronaldo, Balotelli,  ...."
Het rijtje stokte bij foto nummer 14.
"Wie is dat, pap?"
"Hij is van Chelsea," zei ik.
"Mata?"
Jongste kwam de keuken binnenwandelen.
"Die zit bij Manchester. Dat is Diego Costa," zei ie, achteloos als de boer die al zijn koeien herkent aan de vlekken op de achterbil. Boven de pan met groente zette mijn vriendin grote ogen op. Dit ging ver. Heel ver, maar ik was nog niet tevreden.
"Je moet er nog twee," zei ik tegen oudste. Geconcentreerd keerde hij terug naar de portrettengallerij.
"..... Diego Costa dus, en ... eh..., Totti en Affelay!"
Hij balde een vuist en kreeg een highfive van jongste. Triomfantelijk keken ze de keuken in alsof ze ter plekke een medicijn tegen ALS hadden ontdekt of het antwoord hadden op het probleem van smeltende ijskappen. Hun moeder was minder onder de indruk. Ze goot de pastaslierten af en schudde hartgrondig met haar hoofd.

donderdag 11 september 2014

Rondje om de wereld

Het openingsgesprek van Matthijs van Nieuwkerk met Claudia de Brey kon ik moeilijk volgen door ritmisch gebonk. Oudste en jongste waren aan het oefenen op de inrit. Toen ze binnen werden geroepen, hoorde ik de reden.
"Als ik voor winterstop de bal tien keer kan hooghouden, gaan we met het hele team naar de bios," legde jongste uit met de bal in de hand.
"Ja, en ik help hem mee," zei oudste.
"Tot hoe ver kom je dan?" vroeg ik.
"Mijn record is zeven," zei jongste enthousiast. Het klonk als de vermoeide marathonloper die, met de finish in zicht, zichzelf nog eens oppept. 
"Dit moet ik ook oefenen." Jongste drukte zijn bal op de grond en voerde een ingewikkelde dans uit met aantikken en haastige overstapjes. Zijn F-coach had de oefening gisteren voorgedaan. Jongste krabde op de training nog onwennig achter zijn oren, maar ging na thuiskomst vóór bedtijd aan de slag. Vanmorgen aan de ontbijttafel, met de bal aan de voet tussen twee happen peperkoek door, waren de contouren van beheersing al zichtbaar.
"Kijk pap, het lukt," zei jongste nu trots. Hij had de bal inderdaad aan een touwtje.
Op tv draaide de wereld intussen gewoon door. Matthijs kondigde de blooperfilmpjes aan.
"Rondje om de wereld, dat is dit," zei jongste. Hij liet de bal op zijn wreef balanceren en probeerde er met zijn voet omheen te draaien, zonder hem te laten stuiteren. Het ging mis bij de aanname. Mijn kopje koffie werd met geweld van tafel gestoten. Geschrokken keken oudste en jongste naar de ravage op de vloer. Hun moeder schoot gehaast toe.
"Wat is dit voor toestand?" riep ze.
"Geen nood," suste ik, "geef hem een dag en hij heeft het onder controle."

donderdag 4 september 2014

IJswater

De postbode bracht gisteren een groot langwerpig pakketje. De naam van jongste stond erop. Ik rammelde er een keer mee en bekeek het van alle kanten, maar daar werd ik niet veel wijzer van.
"Dat is voor zijn slaapkamer!" hoorde ik vanaf de bovenverdieping.
Mijn vriendin is al dagen bezig in de slaapkamer van jongste. De wanden werden in de kleuren rood en wit opgefrist. Dat vond ik nog hoopvol.
"Daar kun je een mooie Ajax-kamer van maken," zei ik enthousiast, "of een Feyenoord-kamer!" 
Jongste knikte netjes met zijn hoofd, maar had zijn keuze al gemaakt. Uit het postpakketje rolde namelijk het PSV-logo in reuzenformaat. Mijn vriendin maakte er meteen werk van en bevestigde de sticker op de muur boven het bed van jongste. 
"En? Kun je het aan?" vroeg mijn vriendin voorzichtig toen het klaar was. Ze kent me goed.
"Alsof je de Eiffeltoren verhuist naar hartje Londen," antwoordde ik.
De onwennigheid hing nog steeds in de lucht toen ik de jongens naar bed bracht. In de kamer van jongste hing het PSV-logo als een dreigement boven een paar onschuldige kinderogen.
"Weet je niet meer welke liedjes ik altijd voor jullie zong?" vroeg ik.
"Ja, hoor. Hand in hand, kameraden," zei jongste, "en Op een slof en een oude voetbalschoen. Maar ik vind PSV gewoon de beste." Het voelde als een scheut ijswater over mijn hoofd. 
Vanmorgen verscheen jongste opvallend fris aan de ontbijttafel. Ik vroeg hem of hij goed geslapen had, onder het zwaard van Damocles.
"Als een roos," zei ie monter, "en ik wil ook nog een poster van Depaai."
De emmer moest blijkbaar helemaal leeg.

maandag 1 september 2014

Onheilstijding

Mijn vriendin zei met kalme stem dat ik beter even kon gaan zitten. Daar schrok ik van. Allerlei doemscenario's schoten door mijn hoofd. Een fietsongeval van oudste, een hartaanval in de familie, massaal ontslag op het werk. Ik haalde diep adem.
"Okay, ik zit." Wat er ook ging komen, ik was er klaar voor.
"Hij is verkocht....," zei mijn vriendin.
"Wie is verkocht?" vroeg ik.
Mijn vriendin wees naar de hoek: "De televisie."
Ik verstarde als Sigthorsson in het zestienmetergebied.
"Hoe heb je ....., waarom ...., wat is dit...?!" stamelde ik.
"Het werd me gewoon allemaal te veel," begon ze, "Studio Sport, de wedstrijden van FOX, Jack van Gelder. En dan moet de Champions League nog beginnen." Mijn vriendin stond nu tegenover me als een marktkoopman die me op luide toon een autoglansmiddel aan wil smeren. Ik hapte intussen naar adem.
"Aan wie....?" meer kreeg ik er niet uit.
"Aan Sjaak, van hierachter. Voor een leuk prijsje. Via Marktplaats."
Zonder iets te zeggen stond ik op. Dit had tijd nodig. Drie woorden bonkten ritmisch door mijn hoofd. Sjaak. Prijsje. Marktplaats.
Veel later kwamen we elkaar weer tegen in de huiskamer. "Waar is mijn föhn, mijn sapcentifuge, die mooie ring die ik kreeg tijdens dat herfstweekend in Parijs?" vroeg mijn vriendin. Ik schoof een stoel aan en haalde diep adem.
"Ik geloof dat je beter even kunt gaan zitten," zei ik op kalme toon.