vrijdag 8 augustus 2014

Voor hem en haar

Eén van de grootste gruwelen van de moderne tijd is een bezoek aan de kapper. Nadat mijn vriendin al weken klaagde over woekerend neus- en oorhaar en mijn wenkbrauwen als Blauwe regen mijn blik vertroebelde, viel het niet langer uit te stellen. Ik moest gisteren. Het begon al in de wachthoek. Om te voorkomen dat de vrouw naast me over haar krulspelden begon, dook ik in een tijdschrift. Een oude Privé. Relatieproblemen in de familie Krabbé en een nieuwe darmspoeling voor Patty Brard. Uit het raam staren hielp ook niet. Een oud-collega passeerde op het trottoir en trok wild zwaaiend mijn aandacht.
"Hé hallo! Naar de kapper?"
Nee, ik zit hier voor een nieuwe glasverzekering, pik.
Het ergste moet dan nog komen: de kappersstoel. Je staart doodsbang naar jezelf in de spiegel. Daar zit je. Gevangen onder een zeil met dalmatiër-motief dat ruikt naar een aftershavemix van vier vorige klanten. Je kunt geen kant meer op. Naast je staat de beul vrolijk te wapperen met een kammetje en een schaar.
"En, hoe zou je het gehad willen hebben?"
Gisterenavond, opgelucht en kortgewiekt, zag ik PSV ploeteren in Oostenrijk. Op de bank zat Memphis Depay, ook met een nieuw kapsel. Depay bij een kappertje in Pölten, ik was daar graag bij geweest.
"Ik will gerne ein Hahnekamm, Herr kapper."
"Wie, bitte?"
"Ich, Memphis."
"Nein, wie soll ich die Haare schneiden?"
"Für mich, Memphis Depay, ein Hahnekamm."
En dan gewoon met een springschans op je kruin invallen en de wedstrijd beslissen. Dan ben je een grote.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten