zondag 13 juli 2014

Beste meneer Van Gaal,

Vanaf nu spreek ik u aan met meneer. In vier weken kan veel veranderen. Als ik u een maand geleden met Hans Kraay op televisie zag, met holle ogen en roodaangelopen wangen, zei ik nog gewoon Louis. 
"Doe eens even normaal, Louis." 
In vier weken kan héél veel veranderen. Vanmorgen zag ik mijn buurman van een paar huizen verderop. Zorgvuldig ontdeed hij zijn voortuin van de Nederlandse vlag en een lang lint met oranje vaantjes. Er stond een grote glimlach op zijn gezicht. Hij heeft genoten van het WK. We hebben allemáál genoten van het toernooi dat met rare slagroomspuiten en reuzehorloges begon, maar al snel werd overgenomen door de winst op Spanje, de slidings van Vlaar, de goals van Fer en Depay, de ontsnapping tegen Mexico, de wissel van Krul, het huilende zoontje van Robben en de hechtingen in de kruin van Kuijt. Het maakte veel los bij ons Nederlanders. Iets wat ver van binnen was weggestoken, iets wat onder een dikke laag cynisme en de sleur van vaste maandelijkse lasten lag te verstoffen. We waren vergeten dat het nog bestond, maar het WK bracht het naar boven. Als een vergeten doos uit een gelukkige jeugd waar je bij een verhuizing in de kelder plotseling op stuit.
Trots.
Mijn buurman voelde het vanmorgen, ik voel het, u gaat het merken dat iederéén het hier voelt. Het is hier vrolijker geworden, gezelliger. We zijn meer buiten en vragen hoe het met elkaar gaat, de lucht is blauwer, de vogeltjes fluiten harder en we wachten netjes op elkaar in het bushokje. Natuurlijk, we hebben nog steeds haast. Nu moeten de koffers weer snel gepakt voor een vakantie naar Zuid-Frankrijk, maar we zullen de campingeigenaar, een zure man met baret en een dun snorretje, dit jaar toch anders begroeten.
"Bonjour, monsieur Guillaume! Alors, ca va?"
U zorgde goed voor de jongens van Oranje. U zag hoe ze samen aan hetzelfde touwtje trokken. U keek goedkeurend toe hoe Robben een pingel aan Huntelaar gunde en u stond schouder aan schouder toen Romero de goede kant op dook. We keken allemaal toe hoe u een vader was die met geduld en liefde zag hoe zijn zonen mannen werden. 
De kopbalduik van Robin van Persie startte een adembenemende reis. Bedankt dat wij, 16 miljoen bondscoaches, op deze wonderlijke vlucht even mochten meevliegen.

Met vriendelijke groet, 

Pieter Abrahams

PS Om het WK-gevoel in de huiskamer nog even vast te houden kochten we een hondje. Een teckel. Die van ons heet Meneer Van Gaal.

woensdag 9 juli 2014

Scherven

"Hoeveel?"
Vol ongeloof meldt oudste zich bij de ontbijttafel. Ik herhaal de uitslag.
"7-1? Voor de Duitsers? Echt?"
Twee seconden kijkt hij als de coach van Costa Rica die in de 110e minuut Tim Krul ziet warmlopen, maar oudste herstelt zich snel.
"Dus dan moeten we in de finale tegen Duitsland," zegt hij, terwijl ie een boterham op zijn bord legt.
Ook jongste heeft veel vertrouwen in de halve finale tegen de Argentinië. Als hij 's middags van school komt en aansluit aan de lunchtafel, haalt hij een tekening uit zijn rugzak.
"Hier. De opstelling voor vanavond."
Op een groot vel staat met wasco een voetbalveld getekend. 'Depaay' en 'robben' staan op de vleugels. In de spits speelt 'robin', grote spelers hebben genoeg aan een voornaam. Achterin moeten 'devrij', 'vlaar' en 'martens indie' de Argentijnen van scoren houden. Krul staat op doel.
"Verrassend, een 1-3-3 systeem," zeg ik goedkeurend.
"Ja, en het wordt 1-0. Voor Nederland."
"Moeten we dit niet doorgeven aan de bondscoach?" vraag ik. Maar we besluiten om Van Gaal met rust te laten, we willen hem niet storen in zijn wedstrijdvoorbereiding.
Hoe onbekrast is een kinderziel bij een WK-debuut? Wedstrijden van het Nederlands elftal betekenen voor hen de opwinding van het lang opblijven, veel chips en op het einde komt het steeds goed. 
"We worden wereldkampioen, pap. Wij hebben Depay."
Ik hoop dat ze gelijk hebben. Deze dagen denk ik vaak terug aan mijn eerste WK. Mooie flitsen. Johnny Rep tegen Uruguay, de witte kniebanden van Jongbloed en Theo de Jong die vallend scoort tegen de Bulgaren. Maar ook de val van Hölzenbein in de finale en iemand die riep dat we er toch nog intuinden. Later, in '78 zette Mario Kempes een streep door de finale en vier jaar geleden stak Casillas er een teen voor. Dan word je voorzichtig. Is een bondscoach met een gouden pik genoeg voor het WK-goud?
Bij het opruimen van de lunchtafel stoot ik een glas van tafel. Zuchtend ga ik op mijn knieën.
"Scherven brengen geluk, pap," zegt jongste.
Ik weet dat versplinterd glas op mijn keukenvloer niets te maken heeft met een WK-wedstrijd en dat een goede dag op school en een lekkere lunch met  de jongens veel belangrijker is dan winst voor Oranje, maar terwijl ik de stukken glas en melkresten van de keukenvloer schraap, borrelt het voorzichtig omhoog. Vertrouwen. We gaan het redden tegen Messi.





zaterdag 5 juli 2014

Penaltyserie met beginners, Part two

"Tim Krul? Is Cillessen dan geblesseerd?"
"Misschien is ie wel moe."
"Ja, het is ook al half één."
"Ja, het is al nacht. Ben jij nog niet moe?"
"Nee, hoor. Zijn er nog borrelnootjes?"
"Het is afgelopen. Nu krijgen we penalty's."
"Penalty's?"
"Ja, net als toen. Met Brazilië en Chili."
"En Krul moet de penalty's keepen?"
"Ja."
"Hij is nog niet moe."
"....."
"Goh, hij heeft hem bijna."
"Ja, hij is wel erg lang, Krul."
"Nu moet Roewies."
"Krul heeft hem!"
"....."
"Wesley Sneijder is aan de beurt."
"Die zal wel tegen de paal gaan. Of de lat."
"Ik vind het erg spannend."
"Ja, echt wel. Ik heb er buikpijn van."
"....."
"Wanneer komt Huntelaar?"
"Ik denk dat die als laatste moet."
"Krul pakt hem weer!"
"Hebben ze nu al gewonnen dan?"
"Ja, Nederland is dóór!"
"Hoeft Huntelaar niet meer?"
"Nee."
"Goh, jammer."
"Papa juichte wel erg hard, hè!"
"Ja, mama ook. Ik schrok ervan."
"Is Nederland nou wereldkampioen?"
"Bijna. Nu moeten ze tegen Argentinië."
"Tegen Messi? Is dat ook weer 's nachts?"
"Ja, als het weer penalty's worden wel."
"We zijn er nu goed in."
"In penalty's?"
"Nee, in lang opblijven."

woensdag 2 juli 2014

Brugwachter

De Belgen zijn hot. Na schrijver Herman Brusselmans en zanger Milow die met zijn prettig brutale Vlaamse tongval het loopvermogen van Kuijt of de nuchterheid van Huntelaar bezingt, is er opnieuw een Belg die vanuit de Nederlanden zonder terughoudendheid met bewondering wordt overgoten: Thibault Courtois. Niet dat de doelman van het Belgische elftal een imposante verschijning is. Courtois oogt als een hangplant. Hij lijkt meer op de bedeesde assistent-groenteafdeling van de plaatselijke Delhaize die voor het vak met keurig gerangschikte komkommers staat te blozen.
"Zeg jongeman, kun je me vertellen waar de rettich ligt?"
"Wablief?"
De uitstraling van een verlopen begonia weerhoudt Courtois er niet van om op fraaie wijze zijn werk te doen. Met de kalmte van oude frontsoldaat houdt hij zijn zestienmetergebied schoon. Daarmee hebben de Rode Duivels hun eigen Ed de Goey. Die stond ook in het doel als een duf duinkonijn, maar tikte vervolgens wel alle schoten buiten de palen. De roem van De Goey strandde in de kwartfinale van het WK van '94. De vrije trap van Branco werd hem zwaar aangerekend. Verbannen voor de rest van zijn leven naar een doorzonwoning in Waalwijk. 
In Brazilië staan de Belgen óók in de kwartfinale, nu tegen Argentinië. Ik verheug me erop. Ergens diep in de tweede helft wordt Di Maria nabij de zestien gevloerd door Kompany. Lionel Messi meldt zich bij de bal. De muur wordt nauwkeurig opgesteld. Op de tribunes gonst het door de rijen. Dan zet Messi aan voor zijn curve. Prachtig roterend zweeft de bal naar de bovenhoek. Courtois ook. Als de Belgische doelman die vrije trap met de rust van een verveelde brugwachter over de lat tikt, weten we genoeg: België wordt wereldkampioen.