donderdag 25 september 2014

Bink

Vanmorgen bracht ik de jongens naar school. Toen we op het schoolplein de fiets wegzetten, wees jongste naar boven.
"Pap, kun jij mijn bal van het dak halen? De juffen durven niet."
Gretig schoof ik mijn mannelijkheid naar voren. In de schuur waar de duwkar en alle zandbakspullen stonden, pakte ik de ladder en zette hem rechtop tegen de gevel. Met elke trede steeg mijn aanzien. Kleuters bleven staan met hun moeders en keken vol ontzag omhoog, oudste stootte een klasgenootje aan.
"Kijk! Dat is mijn vader!"
Op het dak vond ik niet alleen de bal van jongste, maar nog vier andere exemplaren. De schoten tijdens de partijtjes in de pauzes vonden blijkbaar niet altijd doel. Om het effect van de reddingsactie nog wat te vergroten, hield ik mijn buik in toen ik van de ladder neerdaalde. Cristiano Ronaldo die net een vrije trap in de kruising knalde, zo sloot ik het schuurtje.
Thuis vertelde ik mijn vriendin in geuren en kleuren over mijn avontuur op het dak. Het ontzag van de kleuters, het schouderklopje van de juf van 3/4, de blikken van de moeders; niets liet ik weg. Mijn gloriedaad gloeide nog prettig na toen 's middags de jongens weer thuiskwamen.
"En? Nog gevoetbald in de pauze?" vroeg ik.
"Ja, maar de bal ligt weer op het dak," antwoordde jongste sip.
Het was mijn vriendin die uit de hele situatie een slaatje sloeg.
"Ik geloof dat je morgen je buik weer mag inhouden," zei ze met opvallend veel plezier.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten