donderdag 30 oktober 2014

Heel Holland bakt

Met de verbetenheid van een team dat in blessuretijd alsnog de gelijkmaker wil forceren, stortten oudste en zijn moeder zich in de keuken op een kiekeboe-cake. In een oogwenk verwarmde de oven zich vóór en stond het meel, de basterdsuiker en een cakevorm op tafel.
"Wat is dat, een kiekeboe-cake?" vroeg ik.
"Een cake met een verrassing als je hem open snijdt," zei oudste.
In de huiskamer speelde jongste Online Soccer Manager op de computer. Doordat het gehele gezin druk bezig was, zapte ik op de bank verveeld langs alle 173 televisiekanalen. Ik bleef hangen bij Fox Sports, waar een herhaling getoond werd van Manchester United-Chelsea, een wedstrijd die in het weekend al plaatsvond. De stadiongeluiden lokten jongste.
"Wat? Speelt Manchester nu? Cool! Doet Van Persie mee?"
Doordat jongste naast me op bank schoof en de beelden als een onverwacht cadeautje uitpakte, hield ik de eindstand voor me. Terwijl vanuit de keuken een lekkere geur onze neusgaten kriebelde, kroop jongste steeds verder in het televisiescherm, waar Manchester met zichzelf worstelde en Chelsea via een hoogopspringende Drogba arrogant de leiding nam.
Het was tegen het einde van de wedstrijd, jongste gaf geen cent meer voor de kansen van Manchester, dat oudste trots de kamer binnen kwam lopen. In zijn handen droeg hij de gebakken cake en een mes. 
Gretig zette ik het mes in de lekkernij. Ademloos volgden oudste en mijn vriendin de bewegingen. Zou de verrassende vorm van binnen gelukt zijn? Net op dat moment knalde Van Persie in de rebound de gelijkmaker binnen. Old Trafford ontplofte en ook jongste sprong opgelucht van de bank.
"Kiekeboe!" zei ik.

zondag 26 oktober 2014

Snoeihard

Op Fox Sports kijk ik naar de persconferentie van Louis van Gaal. Prachtig cabaret. Met ogen die dwingen als een vos in een kippenhok legt Van Gaal de hongerige persmeute uit hoe hij Manchester United langs Chelsea gaat loodsen.
Naast me zit jongste. Hij heeft zijn wedstrijd al achter de rug. TSC F1, uit. Doordat hij dáár om half 9 al moest aantreden, stonden we vanmorgen in het pikkedonker op de verzamelplek in het dorp. De krantenjongen deed zijn ronde nog. Terwijl de ouders de slaap uit de ogen wrijven, maken de F'jes van het mensonterende tijdstip geen punt: vrolijk werken ze hun traditionele tikspelletjes af voordat we in de auto stappen.
In Oosterhout blijkt TSC een taaie tegenstander. Hoewel ze lager op de ranglijst staan, trekken ze met 6-1 de wedstrijd naar zich toe. Eén keer scoren ze zelfs uit een corner, een bezienswaardigheid bij de F'jes. De hoge voorzet wordt snoeihard in het eigen doel gekopt.
Door jongste.
Hoe veerkrachtig hij is toont hij later, als we na thuiskomst zijn broer gaan ophalen die bij oma gelogeerd heeft. Met rode wangen van een leerling die verslag doet over het schoolreisje, praat hij zijn oma bij over de nederlaag:
"Ik heb een kopbal gescoord, oma! In eigen doel!"
Intussen krijgt Van Gaal op de persconferentie vanachter uit de zaal de vraag of hij Van Persie niet moet vervangen voor Falcao. Enkele seconden blijft het stil. De wangen van de coach van United lopen rood aan en zijn ogen vernauwen zich tot spleetjes. Even lijkt het erop alsof ie zich op het hele kippenhok gaat storten.
Had Van Gaal maar het incasseringsvermogen van jongste.

zondag 19 oktober 2014

Manager of the month

Met oudste kijk ik in pyjama op de bank naar de zondagochtendherhaling van Match of the Day. Ronald Koeman antwoordt na de 8-0 overwinning van Southampton op Sunderland op de vragen van de BBC-reporter. De grijns van de coach van de maand is net zo vet als zijn uitspraak van de Engelse taal.
"Its a dielaait toe go on toer wis dies gaais!" 
"Wat zegt ie nou?" vraagt oudste. In zijn klas klinkt die taal toch ánders.
Ik kijk graag wedstrijden met oudste. Op zijn prioriteitenlijstje staat voetbal op een degradatieplek, toch kijkt ie steevast mee als er een wedstrijd de huiskamer in rolt. Ook bladert ie vaak door een rondslingerende VI of speelt ie met zijn broer op FIFA 13. En dan blijft er veel hangen, want regelmatig komt ie  verrassend uit de hoek.
"Zit Michel Vorm nog steeds op de bank bij Spurs?" vraagt oudste nu als MOTD beelden laat zien van Manchester City tegen Tottenham. Intussen komt zijn moeder naar beneden. Ze luistert geduldig naar mijn uitleg waarom Vorm nog steeds niet speelt, maar dan blijkt dat ook zij andere prioriteiten op deze zondagochtend heeft.
"Is dat voetballen bijna afgelopen? Ik wil iets doen met zijn allen."
Als we niet direct reageren doordat een vloeiende aanval van Fabregas en Hazard onze volledige aandacht trekt, klinkt haar stem ineens een stuk geïrriteerder.
"Nou?! Zullen we naar het bos gaan? Het is mooi weer!"
Het is oudste die het eerst van de bank komt. Met een accent waarmee sir David Attenborough doorgaans het paargedrag van bidsprinkhanen in Centraal-Afrika beschrijft, richt ie zich tot zijn moeder.
"It's a delight to go on tour, mama."

donderdag 16 oktober 2014

Wondersloffen

De jongens groeien hard. Hun voeten ook. In zijn prachtige zwarte kicksen knelden de tenen van jongste als fans in een overvol supportersvak. Er zat niets anders op: we meldden ons in de sportwinkel en staarden nieuwsgierig naar de wand met nieuwe voetbalschoenen. Jongste was er snel uit. Met de zelfverzekerdheid van Björn Kuipers in een Champions League-finale wees hij naar een paar met wit en veel roze. Ik huiverde. De kleuren waren een combinatie aangegaan, net zo kansloos als een één-tweetje tussen Van Persie en Huntelaar.
De meneer die ons hielp herkende mijn wanhoop. We groeiden beiden op in een tijd waarin voetbalschoenen stalen neuzen hadden en schroefnoppen meedogenloos door de zool staken. Hij probeerde hem nog te overtuigen met minder felle exemplaren, maar jongste was onvermurwbaar. "Deze zitten gewoon het lekkerst," zei ie voldaan. Probeer daar maar eens overheen te gaan.
Met glimmend nieuw schoeisel stond jongste zaterdagochtend klaar op het veld. Nog voor de aftrap tikte hij een ploegmaatje aan en wees met een gelukzalige glimlach naar zijn wondersloffen. Ik moest meteen aan Sjakie  denken, de stripheld. Door een meesterlijk verbond met zijn afgedragen kicksen wist hij op spectaculaire wijze de wedstrijden van zijn schoolteam te beslissen. Even hoopte ik dat de witroze monsters aan de voeten van jongste alle ballen naar de bovenhoek zouden sturen, maar de wedstrijd ging met 0-12 verloren. 
Ik had het natuurlijk kunnen weten: wonderen gebeuren alleen in een stripverhaal.

vrijdag 10 oktober 2014

Warmte

In de studio keuvelden Egbers, Van Marwijk en Van Bommel alsof ze in een kring op een verjaardagsfeest zaten. Alleen het schaaltje met kaas en worst ontbrak. Dat stond bij ons in de huiskamer, naast een kommetje met mosterd. De jongens hadden er zin in, zo'n potje van Oranje.
"Kazachstan, zijn die goed, pap?" vroeg oudste.
Ik wachtte even, omdat ik net een stuk ossenworst in mijn mond propte, maar het antwoord werd al op het beeldscherm gegeven.  
"Winst-plus," zei Hiddink.
"Ik ken geen enkele speler," bekende Van Bommel.
"Het wordt 6-0," voorspelde Bert van Marwijk.
Na het doelpunt van Afellay nestelde opluchting zich als een cadeau in een paardenbek, maar de sfeer daalde opnieuw toen jongste het laatste stukje kaas in zijn mond stak.
"Die was voor mij!" schreeuwde oudste. Hij wees nadrukkelijk naar zichzelf.
Jongste verstuurde enkele dodelijke blikken. "Hou je bek," beet hij zijn broer toe. Voor de zekerheid hield ie zijn hand voor zijn mond.
Na het laatste fluitsignaal vond ik het toch nodig om het even over de onverkwikkelijkheden te hebben. "Wat was dat nou, jongens, met dat kaasblokje?" 
"Ik word boos als ik niet het laatste stukje krijg," zei oudste.
"Och, dat gebeurt gewoon in het heetst van de strijd," vertelde jongste. Om de boodschap kracht bij te zetten, liepen ze daarna als vrienden de trap op.
Een kwartier later kwam mijn vriendin thuis van haar late dienst.
"Wat is het hier kil," zei ze.
  








donderdag 9 oktober 2014

Dreamteam

Bij thuiskomst vond ik niet het avondeten op tafel, maar een berg knutselspullen, waaronder een plakstift, scharen en papiersnippers. Jongste praatte me bij. De nieuwe Goal was die middag binnengekomen met in het midden een uitklapposter waarop elke abonnee zijn ideale Champions League-opstelling kon maken. De fotootjes van 50 topspelers waren erbij geleverd, maar moesten geselecteerd, uitgeknipt en opgeplakt worden.
"Kijk, ik heb Koertwa op doel," zei jongste met pretoogjes, "en achterin Hummels, Filip Laam en Gerret Beel!"
Aandachtig bekeek ik de achterhoede. Bale op rechtsback met veel ruimte voor zich. Goedkeurend knikte ik met mijn hoofd: jongste had meer inzicht dan de trainer van Real Madrid.
"Speelt Xavi op het middenveld? En Zlatan?" Jongste wilde met de schaar in de hand meteen dóórpakken, maar omdat de borden op tafel moesten voor de ovenschotel, werd het knip-en plakwerk terzijde geschoven.
Veel later die avond, de jongens waren al naar bed, vond ik de poster terug op de buffetkast. Jongste had zijn opstelling klaar. Xavi pronkte inderdaad op het middenveld, Robben had de basiself ook gehaald en in de spits, voorspelbaar als het kapsel van Kees Jansma, was Messi geplakt. Nieuwsgierig draaide ik de poster om. Op de andere kant vond ik een elftalfoto van Ajax. Leuk voor op de slaapkamer, moet de redactie van Goal geredeneerd hebben. Jongste dacht daar heel anders over. Op het gezicht van Moisander had ie een ziekenfondsbrilletje getekend. De Finse verdediger zag er nu uit als een student theologie, maar daarmee kwam ie nog goed weg. Nick Viergever droeg een hangsnor en twee tietjes.


zaterdag 4 oktober 2014

Woede

Het was erg gezellig in de huiskamer, net voor bedtijd. Naast de geur van verse kruidkoek hing er een wolk van gepaste trots. Oudste was die dag  gehuldigd voor het kampioenschap in het dubbelspel voor jongens tot 10 jaar en we bewonderden zijn trofee die midden op tafel stond. Vooral mijn vriendin kreeg haar emoties moeilijk getemd.
"Kampioen van de tennisclub! Dat is niet ni-hiks!" riep ze. Bij de laatste lettergreep schoot haar stem een octaaf omhoog.
"Goh, je lijkt Van Peperstraten wel," zei ik, niet zonder ironie.
Ik vond het een geslaagde grap en liet enkele gierende uithalen volgen: "Hiiiiiiiiiiiiiih, hi, hi, Hiiiiiii-iiiiiih, hi, hi!" Mijn vriendin wist er wel raad mee: "Goh, je lijkt Van der Gijp wel."
Mijn incasseringsvermogen is niet groter dan de prijzenkast van RKC Waalwijk, dus met de gezelligheid was het snel gedaan.
"Kom, naar bed," bromde ik en wees met mijn vinger streng naar de trap.
In de badkamer daalde de stemming tot onder het nulpunt toen oudste zijn tandenborstel liet vallen op de tegelvloer en jongste voor de spiegel stond te treuzelen.
"Wat zit je nou met je wenkbrauwen te trekken?" vroeg ik geïrriteerd.
"Ik probeer Frank de Boer na te doen," zei ie droog.
Toen had ik er genoeg van. Dit gelamenteer verdiende een donderspeech.
"En nou opschieten of ik word boos," dreunde ik, "Phillip Cocu-boos!" 
Jongste informeerde nieuwsgierig wat er dan precies ging gebeuren, maar zijn broer had de hele situatie door.
"Niet zo veel," zei oudste bijdehand.


vrijdag 3 oktober 2014

Spraakverwarring

Onze buurman is niet flauw. Op het moment dat ie zijn lege afvalcontainer terugrolt naar de achtertuin, voetbalt jongste op de inrit. 
"Wat doe je?" vraagt buurman.
"Ik mik op dingen," antwoordt jongste.
"Waarop dan?"
"De regenpijp, de klink van de poort, vogelpoep op de muur. Op alles."
"Kun je de bal ook hierin krijgen?" Buurman wijst naar zijn kliko en opent het deksel. "Zet hem maar in de tuin als het gelukt is."
Ik overzie de situatie: een rechtopstaande kliko met geopende deksel halverwege de inrit en de gretige blik van jongste op zes meter afstand met de bal aan zijn voet. Ik heb er niet veel vertrouwen in: hier worden Bergkamp-achtige boogjes gevraagd.
"Succes!" roep ik nog, als ik naar binnen loop voor een nieuwe aflevering van De Wereld Draait Door. In de huiskamer knutselt oudste aan een mooie herfsttekening, zijn moeder zit achter de computer.
Matthijs zit nog niet eens aan tafel, als jongste gehaast via de achtertuin naar binnen rent. Dan gaat het snel.
"Hij zit erin!" roept ie enthousiast, maar oudste is drukker met de vervelende gevolgen van zijn scheppingsproces.
"O, oh, ik heb een vlek op mijn shirt," zegt ie geschrokken. Als door een adder gebeten kijkt mijn vriendin op van haar laptop. De chaos is compleet als jongste in alle opwinding over zijn onverwachte voltreffer hier nog overheen   gaat: "Met een stift!"
"Ah, nee! Niet met stift," verzucht zijn moeder, "dat krijg je er niet meer uit."

donderdag 2 oktober 2014

SOS

PSV is definitief ons huis binnengedrongen. De postbode bracht een pakketje dat mijn vriendin via Marktplaats bestelde.
"Kijk eens wat ik hier heb!" zei ze toen jongste thuis kwam van school. Triomfantelijk hield ze het roodwit gestreepte shirt van PSV voor zijn neus. Het zag er nog hartstikke nieuw uit.
Voorzichtig, alsof het in zijn handen als snoeppapier zou kunnen verscheuren, nam jongste het cadeautje aan. Het voelde als 7 op de schaal van Richter, toen hij het tricot met ingehouden adem over zijn schouders trok. Ralf Edström, Willy van der Kuijlen, Romario da Souza Faria; de hele PSV-glorie denderde in kuddes door de huiskamer en trokken diepe sporen in die ooit zo vertrouwde ruimte.
"Pap, wedstrijdje doen?" vroeg ie opgewonden. Hij zag mijn wanhoop niet.
Op de inrit kwam ie uitdagend tegenover me staan, met dat grote wedstrijdshirt over de ranke schouders.
"Ik ben Luuk de Jong, wie ben jij?" vroeg ie.
"Dan ben ik Graziano Pellè," antwoordde ik. De Italiaan, groot, knap, sterk en balvast, zou hem wel eens een lesje leren. Maar vanaf de eerste seconde flitste jongste als een buitenspeler met herwonnen zelfvertrouwen langs me heen. Tien minuten later plofte ik bezweet terug in de driezitsbank.
"Tien-vier voor PSV!" schreeuwde jongste. Hij kreeg een high-five van zijn broer. Nog nooit zo weggespeeld. Vertwijfeld keek ik om me heen. De televisie, de kachel, de gordijnen aan de muur; alles leek nog hetzelfde, maar diep van binnen knaagde het onheilspellende gevoel dat er iets voorgoed veranderd was. Als de kapitein van een schip in de storm zond ik een noodsignaal naar mijn vriendin, die in een fauteuil achteloos door de tv-gids bladerde.
"Pellè?" zei ze niet zonder spot, "Je lijkt niet eens op Pellè."