zaterdag 18 april 2020

Dag 35

Dit stukje draag ik op aan de broer van mijn vader, onze ome Jos. Voor degenen die hem niet kennen; hij groeide op in Hooge-Mierde, maar levenslust en zucht naar avontuur dreven hem naar de andere kant van de wereld. Met zijn zus An en een koffertje aan zijn zijde emigreerde hij in de jaren vijftig naar Canada, waar hij neerstreek in de provincie Ontario. Daar liep hij pardoes in de armen van het geluk: de jonge Canadese Shirley.
‘Uncle George’; niet een man van grote woorden of grote daden, hij verstond de kunst het grote te vinden in de kleine dingen. Een grapje met zijn Shirley, een knuffel met hun dochter Leondra, een praatje met de buurman, even naar zijn zus An en haar kinderen.
Geluk is vaak ongrijpbaar, flinterdun, balanceren op een dun koord. Uncle George behield dit evenwicht ogenschijnlijk met groot gemak gedurende zijn hele leven. Voor de mensen om hen heen was hij een baken van rust en vertrouwen. Een paar jaar geleden werd zijn bubbel ruw verstoord door het overlijden van zijn vrouw, tante Shirley.
Gisterenavond kregen we bericht vanuit Kingston, Canada. In zijn rusthuis is onze ome Jos, uncle George, in de nabijheid van zijn dochter Leondra en schoonzoon John op 88-jarige leeftijd rustig ingeslapen.
Omdat een ticket boeken en koffers pakken nu niet mogelijk zijn, schrijf ik hier namens alle Hollandse familieleden de woorden die ik luid en duidelijk op zijn begrafenis had willen zeggen: Goede reis, ome Jos! Bedankt voor wie je was! Geef tante Shirley een ‘hug’ van ons allemaal!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten