donderdag 1 september 2011

PSV werd het niet (4)

Nee, om verschillende redenen werkte het niet tussen PSV en mij. We kozen elkaar niet. De vraag wie het dan wel werd, beantwoord ik graag met de geloofsbrieven van Hans de Booy. De zanger houdt van alle vrouwen, zijn hart is veel te groot. Dat van mij ook. Na mijn betovering in maart ’78 door het spel van Cruijff sloot ik verschillende clubs, spelers en stadions aan de borst. Voetbal nestelde zich in het rijtje eten, drinken, slapen, de liefde bedrijven en stoeien met je kinderen, het hoekje met de primaire levensbehoeften. Ik geniet van elftallen met een doordachte aanvalsdrang, clubs die durven te bouwen aan een team hebben mijn aandacht. Het Ajax van Van Gaal, een groep jonge honden op weg naar de wereldcup, vond ik fascinerend. Barcelona onder Rijkaard en daarna Guardiola, het niet aflatende bouwen van Arsène Wenger met Arsenal, het oude Highbury beschouw ik als een verloren dierbare. De vrije trappen in 2002 van Pierre van Hooydonk, de balbehandeling van Afellay. De veelbelovende combine tussen FC Twente en Co Adriaanse, een wedstrijd in de Alianz Arena, ik zou het graag eens meemaken. Ook het stadion aan de Frederiklaan heeft zich geweldig ontwikkeld. De L-side en de jongerenrang zijn er al lang niet meer. PSV bezit een mooie voetbaltempel. Toch gaan daar mijn gedachten terug naar die rondreis door de Verenigde Staten. Ik bezocht in Las Vegas het casino ‘Luxor’. Een nagebouwde piramide, midden in de Nevada-woestijn die ook van binnen tot in detail de Egyptische Oudheid liet herleven. Met open mond keek ik om me heen, tot ik ergens een onbevoegde deur opentrok en achter de façade keek: kaal beton en verroest constructie-ijzer. Het verschrompelde de schoonheid. De enkele keer dat ik in het PSV-stadion verzeild raak, kijk ik op dezelfde wijze geïmponeerd om me heen. Maar langzaam bekruipt me dan ook het gevoel dat die entourage niet puur is. De deur die het ongemakkelijke gevoel verklaart heb ik echter nooit gevonden.
Uiteindelijk is het natuurlijk een gevoelskwestie. Leg het maar eens uit dat je op brunettes valt en niet op blond. Welke muziek vind je mooier, The Beatles of The Rolling Stones? Roger Federer of toch Rafael Nadal? Bernabeu of Nou Camp, wat is het indrukwekkendste stadion? Elk argument roept weer een tegenargument op.
Toch wil ik, tot slot, nog één poging wagen te verklaren waarom het voorbestemde huwelijk met de profclub uit mijn achtertuin niet doorging. Ooit, in mijn vrijgezellentijd, ontmoette ik op een feestje een mooie vrouw. Sensueel, fraaie rondingen. We raakten aan de praat, het klikte. Ik wandelde haar die avond naar huis. Ze vroeg of ik nog iets wilde drinken in haar appartement. Het werd er erg gezellig. Ze stak kaarsen aan, vulde glazen met wijn en zette een muziekje op. ‘Malle Babbe’ van Rob de Nijs. Toen had er al een lichtje moeten gaan branden. Ze pakte mijn hand en danste zwoel tegen me aan. De hormonen namen de controlekamer over. Mijn vingers gleden over haar lichaam, haar heupen, haar rug. Langzaam kroop mijn hand onder haar truitje naar voren. Ik voelde het meteen; siliconen. Ik moest meteen aan PSV denken.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten