zaterdag 28 november 2020

Dag 100

Soms vertelt een opmerking, een beeld of een ogenschijnlijk toevallig ontstane situatie het hele verhaal. Momenten van onachtzaamheid die terloops jouw kant op waaien, maar oorverdovend de puzzel in elkaar leggen. Ingegeven door een impuls van zijn maag stond Jongste op van de bank, liep naar de keuken en constateerde het nuchter: “De koelkast is leeg.” Onverrichterzake wandelde hij terug naar de bank en hervatte zijn bezigheden. Magere yoghurt, icetea, een halve zak rucola; het lag nog steeds als vanouds koel te wezen en in de groentela lag een rode paprika wijs te verrimpelen, maar er zijn inderdaad momenten dat Jongste onze koeling in een andere staat aantreft. Dan duikelen likkepot, tonijnsalade, oude, jonge en komijnenkaas, grillworst en de kipfilet als een culinaire vrijage op de schappen over elkaar heen, bijeengehouden door flessen prik en joppiesaus in de deursectie. Die schrale vulling, we voelen het allemaal. Met dertig man in CarrĂ© tijdens de oudejaarsconfĂ©rence van Youp van ’t Hek, dan rolt de lach toch anders het podium op. Een dj die in een lege Johan Cruijff Arena met zijn handen aan het mengpaneel de explosie van een heel stadion erin gooit als Gravenberch de bal over de Deense keeper krult; de soberheid lijkt inderdaad op het droge kaaskorstje dat je om vier uur ’s middags in de keuken vindt. Jongste vond geen snack op zijn strooptocht en wandelde terug naar de bank. Geen teleurstelling. Geen verwijten. Jongste veranderde niet in de stampvoetende kleuter die schreeuwend naar zijn speeltje op de kast grijpt. In alle rust hervatte hij zijn bezigheden. In die rust ligt het vertrouwen: die koelkast wordt wel weer een keer gevuld. Mijn vaderhart klopte warm.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten