woensdag 8 mei 2013

Dick

Met jongste meld ik me op het veldje voor een potje wie-scoort-is-kiep. Ik begin op doel, jongste staat in gedachten verzonken op de penaltystip. Ik weet wat er gaat komen: hij moet nog in de huid van een voetbalheld. 
"Ik ben Siem de Jong," zegt ie na een paar seconden. Jongste leeft erg in het nu. "Wie ben jij?"
"Eh, ik ben Theo Custers." Ik ben meer van de glorie uit het verleden. Het maakt geen indruk op jongste. Hij haalt zijn schouders op en legt de bal klaar. 
Custers. Ik had net gelezen dat de Belg financieel aan de grond zit. Met afstand is Theo Custers de lelijkste doelman ooit. Een krullenbol als Hans Otjes, kromme rug, sokken op de enkels en een hangsnor. In stadions noemden ze hem 'de walrus'. Toch kon hij een bal tegenhouden, in het tijdperk van Pfaff en Preud'homme speelde hij op het WK van '82 voor de Rode Duivels.
Tegenover me legt jongste de bal gereed. Terwijl hij een aanloop neemt, loop ik door de clubs van Custers. Antwerp FC, KV Mechelen, Espagnol. Toch ook een seizoen bij Helmond Sport? Het schot van jongste verdwijnt tussen mijn benen in het doel.
"Die kon je hebben!" roept ie gretig. Hij weet wat er nu gaat komen: een houdbare bal doorlaten betekent 'kontje-knal'. Ik draai me om en ik buk. Daar sta ik. Ik voel me net Dick Advocaat na een jaartje PSV, klaar voor de tuchtiging. Als een vent wacht ik op de knal op mijn achterste. Maar er gebeurt niets.
"Waar wacht je op?" vraag ik tussen mijn benen door. Jongste hangt ondersteboven aan het gras. Zijn schouders schokken van plezier.
"Dikke kont heeft die Custers," zegt jongste, voordat ie hard de bal raakt.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten