zaterdag 2 mei 2020

Dag 49

Om het goed te maken mocht mijn vriendin een hele dag, zonder storend gestuiter, aan een hobby wijden. Volgens haar gaat er namelijk niets boven een lekkere puzzel. Duizend van die ministukjes. Als Derk Bolt in de binnenlanden van Mozambique kan ze eindeloos speuren naar dat ene stukje.
In de loop van de middag kwam ik naast haar staan. Ik trok er een ernstig gezicht bij.
“Zo’n legpuzzel is natuurlijk een metafoor voor het leven,” begon ik. Mijn vriendin vervolgde onverstoorbaar haar zoektocht, dus ik ging dóór.
“Je begint met de hoekstukjes, dat zijn je ouders. Vervolgens leg je je jeugdjaren aan de randen.” Mijn vriendin keek me aan alsof de Eiffeltoren zojuist was verplaatst naar Londen.
“Dan begint het echte werk met het invullen van de kern: wie worden je vrienden, welke opleiding kies je, op wie word je verliefd?”
De wenkbrauwen van mijn vriendin trokken omhoog. Haar mondhoeken krulden als de Tarzanbocht in Zandvoort. Dat gaf me het laatste zetje.
“Je rondt af met details: wit brood of bruin, boerderij of een flatje in de stad, PSV of Ajax? Als de puzzel klaar is, kijk je terug op je leven.” Ik vond het een mooie punchline.
Mijn vriendin stond op, rommelde even in de kist met oud speelgoed en gaf me een doosje met een Sesamstraat-puzzel, 16 stukjes.
“Wijze woorden, Socrates. Dan past deze wel bij jou,” zei ze schaterend.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten