donderdag 10 maart 2011

One time bonky

De dag begint met cappuccino op Plaza Nueva. Het terras op het binnenplein in het hart van Bilbao ligt in een prettige voorjaarszon. De vier zijden met klassiek gemetselde bogen, Romeinse zuilen en barokke balkonnetjes erboven, vormen het perfecte decor voor onze laatste dag in de stad. Een aantrekkelijke serveerster komt verleidelijk met een dienblad aanlopen. Mijn twee vrienden en ik staren, als een onvermijdelijk gevolg van onze hormonale huishouding, schaamteloos naar haar wiegende heupen. We lijken de drie mannen wel uit die bierreclame van enkele jaren geleden (“Sta ik ervóór?”).
“Por favor, très capuchinos,” zegt ze lachend als ze de kopjes op onze tafel zet. Vriendelijk ontbloot ze haar gebit. De glans van het pleintje wordt ineens verdreven door haar bruine voortanden. Alsof we een dood paard zien aanspoelen op een zonnig strand. Soms zet een stralende buitenkant je op het verkeerde been.
Dat het omgekeerde ook kan, merkten we de avond ervoor. Ruim op tijd arriveerden we bij ‘San Mamés’, het stadion van Athletic de Bilbao, voor de wedstrijd van de thuisclub tegen Sevilla. Ondanks de voorpret konden we een gevoel van teleurstelling niet onderdrukken. Van buiten leek San Mamés een grote doos die ingepakt was met grauwe metalen schrootjes. Enigszins uit het veld geslagen zochten we de poort naar ons tribunevak. Pas toen we bovenaan de trap stonden die ons een volledig beeld op de binnenkant van het stadion gaf, stroomde de opwinding weer driftig door onze aderen. Twee ringen die als steile muren om het speelveld stonden. Onze stoelen vonden we in de zesde rij achter één van de doelen. Heerlijk, het vrij worstelen in het doelgebied bij een corner zou op tien meter afstand gaan plaatsvinden. Aan de andere kant van ons gangpad had de plaatselijke jeugd zich verzameld. Gewapend met vlaggen, toeters en zakken met zonnepitten gingen ze de wedstrijd in. Het was duidelijk dat we ons op konden maken voor een avond met veel Spaans temperament, maar het ging veel verder dan dat. Baskenland is een deel van Spanje en Frankrijk met een eigen taal en cultuur. Het streeft al eeuwen naar zelfstandigheid. De wens naar onafhankelijkheid wordt van generatie op generatie doorgegeven. Het zit de Basken en dus ook de supporters van Bilbao inmiddels in de genen. In de wedstrijd tegen Sevilla bundelde het verlangen naar rechtvaardigheid zich meedogenloos bij elke nadelige beslissing van de scheidsrechter. In de striemende fluitconcerten klonk het verzet tegen de heersende macht door. Het sloeg als zweepslagen op de ruggen van het arbitrale trio. De twee doelpunten waarmee de thuisploeg de strijd besliste werden gevierd alsof de vrijheid herwonnen was. De onafhankelijkheidstrijd van Baskenland is voelbaar in San Mamés.
De ochtend op het binnenplein krijgt een actieve wending als mijn grote vriend L. een plastic strandbal met oranje en witte vakken uit zijn zak haalt. Met een uitdagende blik in de ogen blaast hij het speelgoed op. We weten wat dat betekent. Drie tellen later staan we naast onze stoelen, druk verwikkeld in het spel ‘One time bonky’. De regels zijn helder. Elke speler heeft vijf punten, één keer raken en de bal mag maar één keer stuiteren. Door de onvoorspelbare gang van de strandbal ontstaan rare momenten en vreemde discussies.
“Ja, twee keer!”
“Nee, was een service!”
“Ja, en?”
“Opslag moet veilig.”
Drie volwassen Hollandse mannen op een zonnig terras druk in de weer met een strandbal. Jiskefet in Spanje. De vurige strijd krijgt een abrupt einde als L. in een uiterste poging de bal voor een tweede stuit te behoeden een geweldige hengst geeft. Met een grote boog schampt het projectiel hoog boven ons een muur om vervolgens op een balkonnetje te landen. We staren omhoog naar het feloranje plastic tegen het gietijzeren hek.
“Kom, het is tijd, we moeten naar het vliegveld,” zegt B. uiteindelijk.
We nemen genoegen met dit hilarische einde van een voetbalweekend in Bilbao. We keren tevreden terug naar onze vrouwen, terug naar de wedstrijden met het vijfde elftal van onze club, terug naar Studio Sport met het geneuzel van De Boer en Been. Net op het moment dat we onze rugzakken oppakken, opent de bewoonster de luiken van haar balkon. Als we onder één van de bogen het plein verlaten, pikken we nog net de verbazing in haar stem mee.
“Aitor! Una pelota de playa de color naranja en el balcón?!”

Geen opmerkingen:

Een reactie posten