zondag 27 oktober 2013

Zee

De slaapkamer is donker als ik mijn ogen open. Buiten het geluid van regendruppels die slap tegen de ramen kletsen. Het waait, een druilerige herfstdag. Vanuit de kamer aan de andere kant van de gang klinkt gestommel, daarna voetstappen: de jongens melden zich.
"Wat heeft Ajax gedaan?" vraagt jongste nieuwsgierig als hij naast mijn bed staat. Gisterenavond mocht ie de eerste helft zien. Hij vond Siem de Jong goed spelen.
"Nul-nul," zeg ik met een zucht. De teleurstelling over het vertoonde spel klinkt erin door.
Oudste klimt over zijn moeder in bed. "Nul-nul? Maar ze speelden natuurlijk wel weer veel beter dan de tegenstander," zegt ie droog. Hij heeft meer met humor dan met voetbal.
Ook jongste laat zichzelf in het middenschip vallen. Hij kruipt tegen mijn rug. Een tijdje is het doodstil. Plots denk ik aan de wasmachine. In een zwak moment heb ik beloofd de nachtelijke was te zullen ophangen. Langzaam richt ik me rechtop. "Het is half negen, ik ga de was ophangen," geeuw ik.
"Half acht," hoor ik aan de andere kant van het bed, "de klok is verzet."
Verheugd kruip ik terug onder de dekens. Samen met de rest in een warm bootje. Een uurtje extra voortdobberen op een donkere zee van regendruppels, ruisende wind en vallende bladeren. Onder de dekens beweegt de hand van mijn vriendin. Ze klopt drie keer zachtjes op mijn heup.
"Lekker hè," zegt ze.
"Heerlijk," antwoord ik.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten