maandag 22 april 2013

Achter de kazerne

In de tweede helft, toen het duister het veld in een warm licht zette, leek het nog wat. Ineens zag je Preud'homme weer, voor zijn doel liet hij de bal uit zijn handen vallen voor een perfecte dropkick, Lei Clijsters die aansloot, Piet den Boer die de bal klaarlegde voor Marc Emmers. Een flits uit de tijd dat De Mos nog gelijk had.
Aan het kleine stadion was niets veranderd, het rood en geel oogde nog hetzelfde. Maar onder reclameborden met 'Garage Willy' en 'Sjampion Jeans, Guldenstraat' schreeuwden de fans hun ploeg vergeefs naar voren. Ghomsi, Van Loo, Pedersen en Diabang; ze vonden geen gaatje.
In de rust van de wedstrijd schalde George Baker uit de boxen. Una paloma blanca. Dat ene moment van glorie. Na de euforie schuurt het de rest van je leven als een huidschimmel op je schouder. Ze sloten een vreemd verbond, KV Mechelen en Baker.
OH Leuven won de wedstrijd met 1-5. Na afloop bedankte het team de meegereisde fans in het uitvak. Toen de aanvoerder de wedstrijdbal in de tribune schoot, tikte een gepikeerde steward hem op de schouder. Met de teruggevorderde bal onder arm liep de aanvoerder terug naar de spelerstunnel. Het paste mooi bij de avond. Met zijn lange manen leek hij op Dimitri Verhulst, die in zijn roman 'De  helaasheid der dingen' met robuuste humor schrijft over de uitzichtloosheid van het Vlaamse bestaan. Ook in het aanschouwen van verval schuilt een ongekende schoonheid.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten