woensdag 22 december 2010

De stilte van Romario

“Ik heb nog met Romario gevoetbald!”
De oneliner doet het altijd goed als een feestje dreigt in te zakken. Het levert bewonderende blikken op en je maakt nieuwe vrienden die je ineens op de schouder slaan.
“Mooi man! Biertje?”
In werkelijkheid lagen de zaken iets genuanceerder, maar zoals Frank Snoeks doorgaans een fortuinlijke zege op een Duits elftal becommentarieert: ‘Wat geeft het?’ Zo’n 20 jaren geleden stond ik met mijn amateurelftal op hetzelfde veld als de miljonairs van PSV. Met zichtbare tegenzin worstelden zij zich door het verplichte nummer tegen Bladella. Dat ik de eerste helft speelde en Romario pas de tweede helft zijn opwachting maakte, ontkracht mijn ‘moment of fame’ nog méér, dus laat ik deze details op feestjes en partijen meestal maar achterwege.
Vanaf mijn plekje in de dug-out zag ik de ontreddering in de ogen van de Braziliaan. Hij, het natuurtalent uit Rio, dat in de Eredivisie met gemak naar 30 goals per seizoen freewheelde, moest verplicht naar een Brabantse uithoek waar de koeien loeien en snackbar ‘Den Doel’ de meest opwindende plek is om uit te gaan. Behalve op de blozende plattelandsmeisjes die in zijn donkere ogen verdronken, maakte Romario die middag weinig indruk.
Het toeval wilde dat ik de PSV-spits niet veel later weer ontmoette. Mijn vriendin werkte die tijd als huisarts-assistente in Eindhoven. En helemaal in de sfeer van december, haalde ik haar enkele dagen voor kerstavond op voor een dineetje in de stad. In een keukentje naast de patiëntenruimte, wachtte ik op haar, terwijl ze haar werk nog even afrondde. Ineens stapte Romario het keukentje binnen.
“Hallo,” groette ik, licht geschrokken.
Romario verzond een kleine hoofdknik.
“Hallo,” antwoordde de vrouw die achter de voetballer binnen kwam, vriendelijk. Mevrouw Romario bleek zwanger en kwam voor een controle. Ze werd doorgesluisd naar de huisarts, zodat de balvirtuoos en ik alleen achterbleven.
Een prachtig plaatje, daar in die keuken. Romario nonchalant leunend tegen het keukenblad en ik zittend aan een klein tafeltje met vele vragen die in mijn hoofd om voorrang vochten. Waar zou hij kerst gaan vieren? Wordt het een jongen of een meisje? Hoeveel graden is het nu in Rio? Herinnert ie zich onze wedstrijd nog (“Je weet wel, die 13-1 tussen de weilanden”)? Doordat mijn verhoogde hartslag de juiste openingszin blokkeerde en Romario mij leek te beschouwen als een buikgriepje of een ingegroeide teennagel, tikte de klok aan de muur luid de seconden weg.
We zwegen prachtig, Romario en ik.
De idylle werd wreed verstoord toen de jonge vrouw het keukentje weer binnenstapte. Romario hielp haar hoffelijk in haar jas. Ik besefte dat de situatie door mijn vingers glipte.
“Feliz Navidad!”, flapte ik er ineens uit toen ze al bijna buiten stonden. Olijk stak ik er een hand bij op.
Mijn laatste oprisping trok alsnog Romario’s aandacht. Vluchtig keek hij om naar die vreemde man aan het tafeltje.
“Vrolijk kerstfeest,” lispelde hij en sloot toen de deur.
Dichterbij een wereldvoetballer zou ik nooit meer komen. Ik pakte de draad weer op met lastige uitwedstrijden op winderige velden van Dosko ’32 en VV Hulsel, terwijl Romario de wedstrijden van PSV met achteloze passeerbewegingen en meesterlijke doelpunten inkleurde. Zijn verhuizing naar Barcelona was logisch als nachtvorst in januari. In de Spaanse stad vervulde hij een prominente rol in het Dream Team van Cruijff. In 1994 veroverde hij met het Braziliaanse elftal zelfs de wereldbeker, waarna Romario door de Fifa verkozen werd tot Wereldvoetballer van het jaar.
De weergaloze speler die in zijn Eindhovense jaren weinig sprak met zijn ploeggenoten en tijdens televisie-interviews niet verder kwam dan ‘beetje moe’, heeft de stilte doorbroken. Deze dagen verheft hij zijn stem voor een socialistische partij in het parlement van Brazilië. Na een geforceerde jacht op 1000 officiële carrière-goals en nadat hij zijn gezin verliet om elke morgen zijn kleren bijeenrapend uit vreemde slaapkamers te glippen, zet de oud-speler van PSV zich nu in voor de verschoppelingen uit de favela’s. Romario heeft zijn taak gevonden.
Ooit, als mijn tijd gekomen is, en mijn leven aan me voorbij flitst, hoop ik dat mijn minuten met Romario daarin opgenomen zijn. Nog één keer hoor ik dan de enige woorden die een Wereldvoetballer van het jaar met mij wisselde: “Vrolijk kerstfeest”.

Graag wens ik iedereen fijne kerstdagen toe en dat in 2011 vele levenspaden gevonden worden.

Pieter Abrahams

2 opmerkingen:

  1. Ik lees je columns te weinig, maar als ik ze dan lees ben ik steeds weer blij verrast...
    Keep on writing the good stuff!
    Gr. Bas

    BeantwoordenVerwijderen