zaterdag 9 oktober 2010

Het geluk van de jager

Even lijkt het alsof een super-slomo-machine het moment sterk vertraagt. Alsof tijdens de wedstrijd in de Veltins Arena iemand op een knopje drukt, zodat de aanval die in werkelijkheid maar drie seconden duurt, oneindig wordt uitgerekt. Het geeft het ogenblik de impact die het verdient.
Na een afgeslagen corner vliegt de bal terug over de verdediging van Borussia Mönchengladbach. De sluipschutter van Schalke ’04 ontwaakt uit zijn sluimerstand; Klaas Jan Huntelaar ruikt een doelpunt. Terwijl de bal nog hoog in de lucht hangt en de spits het vijandelijke zestienmetergebied binnen sprint, overziet de midvoor de baan van de bal. Hij weet wat er gaat gebeuren: zijn loopbaan wordt hier gespleten in verleden en toekomst. Dan slaat de vertraging toe.
In zijn hoofd flitsen beelden van verloren jaren. Lome namiddagen in Madrid, wandelend door het Retiro-Park, gezellige uren op het terras voor een restaurant op Plaza Mayor. Toeren met één hand op het stuur van de cabrio. Zorgeloos glijden door de herfstkleuren van Lombardije om uiteindelijk te stoppen voor de trappen van het Scala in Milaan. Uitstappen in een maatkostuum van Versace en het portier openen voor de liefde van je leven. De blikken als ze uitstapt in haar galajurk. Achteloos een hand in haar rug als je haar begeleid naar de loge voor een opera van Verdi. Adembenemende avonden waarin het rijke leven bezongen wordt.
Tergend langzaam vervolgt de bal zijn weg. Talloze ogen volgen opengesperd de boog richting de doelpuntenmaker van Schalke ’04.
De warme herinneringen in het hoofd vermengen zich met de pijn van de teleurstelling. Veelvuldig scoren bij Real Madrid en een niet aflatende inzet op Milanello bleken niet genoeg. Huntelaar werd ingehaald door een voorzitterswissel in de Spaanse hoofdstad en een trainer met andere inzichten in San Siro. Als slachtoffer van niet te beheersen krachten volgde de verbanning naar een ander oord.
Gelsenkirchen.
Stad van nuchtere, koude grond met de charme van een staalfabriek. Het dagelijks ritme van noeste arbeid en voortjagen op de Autobahn, ver verwijderd van lome namiddagen in Zuid-Europa, waar het klimaat de levenskunst een steuntje in de rug geeft. Huntelaar, verwend door de geneugten van Milanello, landde in de schoot van Felix Magath, de beul van de Königsblauen.
Haastig snellen de mandekkers van Mönchengladbach toe, als de spits van Schalke zijn borst gereed maakt om de dalende bal op te vangen. Met het instinct van de jager laat Huntelaar zijn tegenstanders de hielen zien. De bal stuit één keer, het linkerbeen gaat vervaarlijk naar achteren. Op het moment dat de schoen van Huntelaar de bal raakt, wordt de grens tussen het verleden en de toekomst getrokken. Verwoestend vliegt de bal langs doelman Bailly. De jaren in Madrid en Milaan krijgen meteen een donkerbruin randje; aangename beelden uit een vervlogen tijd. Dan slaat het schot in, het rijt het net bijna open. Huntelaar hamert zich rechtstreeks in de harten van alle Schalke-fans.
De reis van een opera in het Scala van Milaan naar een schlagerfestival met lange tafels en bierpullen is voltooid. De nieuwe spits overbrugde die afstand met één rake trap. Klaas Jan Huntelaar wordt cultheld in het Ruhrgebied.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten